491
éónen weg kon plaats hebben, en bijgevolg het grootste deel der
troepen dezen afstand moest afleggen door de zeldzame bergpassen
der Vogesen.
Bovendien had de ondervinding van den oorlog in Italië met
geleerd, dat de Fransche troepen in het marcheeren bijzonder sterk
waren. Ten minste in Pruisen herinnerde men zich zeer weldat^ het
leger van den keizer, slechts honderdduizend man tellende, sinds
dén dag, volgende op dien van Magenta, tot Solferino gemiddeld
slechts ééne mijl daags had gemaakt.
De Fransche diplomatie zoude het geschil op de lange baan hebben
kunnen schuiven totdat men gereed was voor de worsteling, maar zij
verklaarde den oorlog, vóórdat het gouvernement in staat was aan deze
verklaring onmiddelijk gevolg te geven, en zoo gebeurde het, dat de
troepen van Frankrijk, zelfs alvorens geheel te zijn bijeengetrokken
en eenige aanvallende operatie te kunnen ondernemen, op hun eigen
grondgebied door de Duitsche strijdkrachten werden aangevallen.
Na de eerste bewegingen van die troepen te hebben aangeduid,
gaat het verhaal aldus voort
Zoo had de Fransche opperbevelhebber al de nadeelen aan zijne
zijde gebracht die een leger kunnen treffendat zich op marsch
begeeft zonder nog strijdvaardig te zijn, en hij had geene partij
weten te trekken van het eenige voordeel, hetwelk die toestand kan
geven: ik bedoel dat van een onmiddellijken en snellen aanval. Reeds
sedert tien dagen bevonden zich geheele legerkorpsen op weinige
schreden afstands van de zwakke bezettingen van Saarburg en Saarlouis.
Aan den anderen kant zien wijdat reeds in dit tijdperk het
eerste plan van een inval in Zuid-duitschland wordt opgegeven.
De krachtige magneet van een leger, geëchelonneerd tusschen Ho-
bleutz en Mainz, oefent eene onweerstaanbare aantrekking op de Fran
sche legers uit. Het zijn niet meer de om Metz vereemgde troepen,
die naar den Boven-Rijn oprukken, maar achtereenvolgens doet men de
troepen die er zich gegroepeerd hebben, naar de Saar marcheeren, zoo
dat vijf korpsen zich als opeengehoopt bevinden in den nauwen driehoek,
gevormd door Bouzonville, Saargemünd of Sarreguemines en Metz.
Als men de iufanterie-bataljons op zevenhonderd man stelt en de
cavallerie-regimenten op vijfhonderd, zou het leger den 2Ssten Juli,
tijdens de aankomst van den keizer te Metzhet korps Canrobert en
de divisiën cavallerie-reserve er onder begrepen, maar zonder de
te Ljou geblevene troepen te rekenen, hebben moeten tellen 22.4,000
man voetvolk en 26.500 ruiters.