lezing der meermalen genoemde handleiding is voldoende om liet gebruik daarvan volkomen te begrijpen. De tafel is verdeeld in zeven verticale kolommen en in zooveel horizontale strooken als er afstanden zijnwaarop door infanterie gevuurd kan worden. In de eerste verticale kolom aan de lin kerzijde zijn die afstanden aangegeven 100, 200, 300 enz. passen, terwijl dé zes overige kolommen bovenaan genommerd zijn van 1 tot 6, de zes nommers van den dobbelsteen. Werpt A, die op 300 pas afstand op de troepen van B vuurt, nu bij voorbeeld 5 oogen dan drukt het cijfer, dat voorkomt in het vak, dat aan de vertikale kolom No. 5 en de horizontale strook van 300 passen ijemeen is, het aantal punten verlies uit, dat door B geleden wordt; is door den vertrouwde beslist dat de uitwerking slecht is (zie boven) dan wordt dit cijfer voor de helft, en indien de uitwerking zeer nadeelig is voor een derde in rekening gebracht. ]\rog moet hierbij opge merkt wordendat de tafel is samengesteld voor een bepaalde aan gegeven eenheid en wel de kompagnie bij gesloten troepenzoodat, wanneer twee kompagniën het vuur onderhouden, het aantal punten verdubbeld moet worden. Voor tirailleurvuur is de tafel wat meer uitgebreid en ook eene andere eenheid genomen, doch in hoofdtrekken geheel op dezelfde wijze ingericht, terwijl het vuur altijd gerekend wordt gedureude een zet aan te houdenvoor iedere volgende zet moet op nieuw geworpen worden. Wordt het vuur slechts gedurende een halven voortgezet, dan wordt het aantal punten voor de helft in rekening gebracht. Ook de verliestafel voor artillerievuur berust op hel zelfde grond denkbeeld, maar is meer gecompliceerd, omdat de uitwerking natuur lijk verschilt naarmate getrokken of gladde vuurmonden in het ge- vecht worden gebracht of met granatengranaatkartetsen of kartetsen gevuurd wordt. De cijfers, die de verliezen aangeven, zijn niet willekeurig geko zen, maar gebaseerd op statistieke opgaven van de geleden verliezen in den oorlog van 1866. Door deze inrichting kunnen er ook geen groote bezwaren bestaan tegen het gebruik van een dobbelsteenhet verschil in getallen tus- schen de kolom No. 1 en No. 6 is niet zoo groot dat het geluk van hoog werpen, zoo heel veel invloed kan hebben, terwijl daarentegen het in gevecht brengen van meer troepen een vrij grooten in- 43 O Hierbij is als model genomen de tafel in de Handleiding van den kapitein Hommers, die het eenvoudigste is.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 50