510 de overhangende boomen en takken, welke het pijlsnelle afdrijven niet konden tegenhouden als een stroomversnelling de kracht van den stoom overwonnen had. Zoo zwoegende en tobbende kwam de Kapueas slechts langzaam vooruit, bleef dikwerf minuten lang als het ware trillende op dezelfde plaats, zonder door kracht van stoom den stroom te kunnen overwin nen;dan werd een anker uitgebracht en aan den oever aan boomen bevestigd, het gangspil in beweging gezet en op de inaat van het ge zang en het getrappel der matrozen en soldaten sleepte men zich hoogerop de wijde wildernis in. II. Zoo kwam men te Koewala Marbouw, alwaar de le kompagnie op den linkeroever druk in de weer was eene legerplaats op te richten. De andere kompagnie debarkeerde nu op den rechter oever en be gon aldaar hetzelfde werk. Dit onherbergzaam oord weergalmde alras van de bijlslagen, waar mede boomen omgekapt en hutjes op palen gebouwd werden. De oevers waren bijna met den waterspiegel gelijk en stonden bijwijlen geheel onder water, hetwelk niet zelden zoodanig steeg, dat de bewoners der laagste hutjes door dit element er uit verdreven werden eu uit het dak te voorschijn kropen. Hier was het, dat voor officieren en soldaten een waar amphibie- leven begon. De dienst werd echter zoo geregeld mogelijk waar genomen d. i. de hoornblazer van de bivouakwacht stak zijn hoofd en instrument door het dak van het wachthutje om de benoodigde signalen te blazenwaarop het onder al de andere daken levendig werd, welke levendigheid zich dikwerf aan de hut zelve mededeelde en eindigde met het in elkander zakken en afdrijven der geheele woning, welker inhoud tierende er onder wegkroop of zwom, niet ongelijk aan een nest jonge ratten die men in het water geworpen heeft. Maar de vroolijke moed bleef bij alles boven; gewerkt moest er worden om zoo weinig mogelijk van het natte element te lijden, en nieuwe en hoogere hutten verrezen naast de oude en naast deze wederom andere van nog vreemdsoortiger vorm en konstruktie, ja zelfs torens om het bivouak en de rivier te overzien. Toen dan ook nog twee achterna gezonden kruisbooten en de twee gewapende sloepen aankwamen en met hunne handen en krachten de legerplaats hielpen voltooieükon de kommandant met recht trotsch zijn op zooveel vol-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 517