vloed heeft op de verliezen, door het vuur toegebracht. Maar ook
al wiero b. v. A eeus aanhoudend 6, dan zou B slechts zulke maat
regelen moeten nemendat in de volgende zetten het vuur van A,
in plaats van voordeelig, zeer nadeelig werd, door b. v. zijne troepen
aan het vuur op eene of andere wijze te onttrekken of wel tegen
het vuur van A een overmachtig vuur over te stellen, door het
in gevecht brengen van meer artillerie of infanterie.
Hierbij moet wel in het oog gehouden worden, dat nimmer wrevel
mag opkomen wanneer dat werpen met den dobbelsteen een weinig
ongelukkig afloopt; het is hier ook niet te doen om te zien, wie
het wint, het is bloot eene oefening; juist een voortdurend ongeluk
kig werpen leidt tot benarde omstandigheden, waarbij het vlug
nemen van besluiten, en het terstond uitvoeren daarvan, weer zeer
noodig zijn; niemand zal de leerzaamheid en het nut van die tegen
spoeden in twijfel trekken.
Wordt vervolgd.)
44
