528
had zij na veel inspanning Koewala Marbouw weder bereikt, vier
kruisprauwen medebrengende om de troepen af te halen.
Een lang gejuich steeg op uit de waterachtige legerplaats, toen
de masten en schoorsteen van den stoomer zichtbaar werden. Al
dadelijk gingen de troepen over aan boord der kruisprauwen en op
den stoomer, en des anderen daags, met het eerste daglicht, had
de Kapoeas stoom op en was alles afdrijvende.
Dit afdrijven moest wegens den snellen stroom met de grootste
omzichtigheid plaats hebben ten einde niet in de boomen geslingerd
te worden en masten en tuig te verliezen.
De Kapoeas liet zich achteruit afzakken voor een ankerstoomhou-
dende voor het geval dat de kabel inoeht breken, en om bij de
scherpe wendingen te kunnen draaien. De kruisbooten lieten zich
afdrijven langs lange kabels, die door kleine sloepjes achtereenvolgens
op opvolgende punten in het geboomte bevestigd werden.
Niettegenstaande dit, kregen deze booten zware avarij en moesten
de stoombarkas en gewapende sloepen menigmaal ter hulp schieten
om hen uit het geboomte te halen of bij eene scherpe wending
der rivier in het midden van den stroom te houdenwaarbij de
kleine stoombarkas zelf dikwijls gevaar liep tusschen de rondzwaaien
de zware kruisbooten plat gedrukt te worden.
Maar de machinist, die wegens zijne onvermoeide werkzaamheid
en koortsachtigen ijver in het stoken en verwenschen door de sol
daten //de helsche stokebrand" was bijgenaamdwist overal uit de
engte te komen en zoo dreef, sleepte en trok men elkander de
groote rivier wederom af, tot een dicht netwerk van overhangende
boomen of eene versperring van groote wortels onder den water
spiegel de kruisbooten andermaal in de takken deed verdwijnen.
Dan moesten boomen weggekapt worden of poogde men door kracht
van stoom de drijvende hindernissen uit elkaar te rukken en weg
te sleepen, totdat eindelijk niets meer hielp en alle beweging op
hield hoewel de stoombarkasmet volle kracht trekkendeals een
tol om zijne as ronddraaide, echter zonder de booten los te krijgen.
fe vergeefs deed dan de //helsche stokebrand" eenige woedende ruk
ken aan den strakgespannen kabel; niets hielp; de reeds veraf zijnde
Kapoeas moest door kanonschoten ter hulp geroepen worden of men
wachtte den vloed af.
Zoo ging het rivierafwaartsachtereenvolgens wederom voorbij
Negri-lama en Mendang-baroe, totdat, bij het breeder worden der
rivier, de Kapoeas deze kon afstoomende kruisbooten twee aan twee