573 dag genoeg gewerkt was, en rapporteerde, dat de niais op een breedte van 500 passen, tot ongeveer aan den rand der kampong Laona was opgeruimd, enz. Hij was dus nog ver van Boni af. Dat hij voornemens zoude zijn geweest om tot daartoe door te trekken, moet een sprookje zijnalthans is die opgave niet uit officiëele bronnen geput, en heb ik daarvan ook nooit iets vernomen, hoewel ik zeer vertrouwelijk met hem omging. Zijne macht was daartoe ten eenenmale onvoldoende; hij was zon der voedsel, zonder reserve-amunitiezonder docter en zonder am- N- B bulance, had een bepaalde last van zijn chef en is te goed soldaat om daarvan eigenmachtig af te wijken, en zoo al niet in strijd met de ontvangene bevelen dan toch zeer zeker met de bedoelingen van dien chef, die hem bekend waren, eeu zoo zware verantwoording even eigenmachtig op zich te nemen. Kellerman was niet alleen een duchtig en practisch artillerist, maar ook een beleidvol en moedig troepen-aanvoerder, en geen Don Quichot. In den avond van den 27sten Maart werd in noordelijke richting en eveneens in westelijke vuur ontstoken. Patrouilles er heen ge zonden ontmoetten geen mensch, maar zouden stemmen in het struik gewas gehoord hebben. Er bevond zich niemand van de expeditie buiten de voorposten, voor zoo ver kon worden nagegaan. Den laatsten Maart werd des avonds omstreeks 10]/2 uren in Z. W. richting op grooten afstand een hevige en langdurige brand waar genomen. Twee dagen daarna werd dat herhaaldook des nachts in dezelfde richting, maar wat meer Noordelijk. Troepen waren in die streek nog niet geweest. Men hechtte toen daaraan eene groote politieke beteekenis, denkende dat de verschillende partijenwaarvan het bestaan bekend was, zich onderling bevochten, en dus het eind doel, de staatkundige beslissing, in de hand werkten. Toen die hoop ijdel bleek, is er niet meer op gelet, doch er is zeker niemand die de expeditie heeft mede gemaakt, of hij zal zich herinneren dat nu en dan te hebben gezienmeestal des nachts. De gelegenheid voor zulke wraaknemingen was toen bijzonder gun stig want sedert de vermeestering van Boni was het bestuurja de geheele bevolking gevlucht. Dat zulks gedurende de tweede expeditie nooit is geschied, voor zoo ver mij bekend althans, is zeer verklaarbaar. De wraakzucht had toen al den tijd gehad zich te bevredigen, en met Aroeng Palacka's aanhang en gevolg was ook weder eenig gezag in het land teruggekeerd, benevens vele kampongbewoners.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 580