604 posten in de oostelijke residentiën vervallen; te Anjer kan eene kom- pagnie gedetacheerd worden. Evenals te Batavia geschiedtzou het te wenschen zijn dat de steden Samarang en Soerabaija bewaakt werden door pikeniers, dan kan den mili tairen op korten afstand een gezonder emplacement aangewezen worden. De meeste^ aangewezen plaatsen hebben op het oogenblik geen garni zoen; daar dienen dus kampementen gebouwd te worden, bestaande uit houten gebouwen, welke gemakkelijk ineen gezet en uit elkander geno men kunnen wordende funderingen dienen van steen te wezen. Op en kele plaatsen uitgezonderdzal voor officieren wellicht goede huisvesting te vinden zijnzoo niet dan moet het gouvernement daarin voorzien. De infanterie bij het mobiele leger zal dus eene sterkte hebben van 19.200 bajonnetten, terwijl die thans zou moeten bedragen 15.300, de kompagniëu op voet van oorlog gerekend. Om steeds gewapend te zijn tegen eventualiteiten, zijn 20.000 man infanterie bij het veld-leger in de koloniën waarlijk niet te veel. Om emulatie, bij de mindere militairen vooral, op te wekken, zou het goed wezen een der regimenten tot keurkorps te verheffen; aangezien het tegenwoordige 7e bataillon de eer heeft een gedekoreerd' vaandel te bezitten, zou het 7e regiment daartoe dienen aangewezen te worden en van garnizoens-plaats moeten verwisselen met het le of 3e. Wat onderscheiding betreft in kleeding, kunnen officieren gouden nestels' dragen en de minderen een dubbelen rooden chevron op den rechter boven-arm, met geel gebiesd voor korporaals en soldaten, met goud voor onderofficierenook soldij en traktement zullen hooger worden gesteld. Alléén militairen die bij meerdere dienstjaren ook meerdere verdiensten paren, mogen bij het keurkorps geplaatst worden; het bijwonen van minstens een veldtocht is eene voorwaarde, van welke niet mag worden afgeweken. Alle natiën bij het leger dienende moeten in behoorlijke verhouding bij dit korps vertegenwoordigd zijnhiertoe zouden de le en 2e kompagniën Europeeanen en Javanen dienen te wezen, de 3e kompagniën Madu- reezen eu Boegineezen, de 4e kompagniën Amboineezen en Afrikanen. Overeenkomstig de sterkte der infanterie en de gesteldheid van het terrein, zouden tot het mobiele leger kunnen gerekend worden 16 batterijen, 12 kompagniën kavallerie en een bataillon mineurs-sappeurs tevens pontonniers; wat de kavallerie betreft, zou het noodigzijn dat de manschappen voor de helft inlanders warenvier kompagniën Europeeanen kunnen vereenigd en als reserve beschouwd worden, voorzien van paarden van krachtigen bouw.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 611