54 schaal vervaardigd en minder uitvoerig zijn, dan wel wenschelijk is met het oog op de wijze van krijgvoeren, die door ons moet worden toegepast. Die topografische kaarten kunnen uitmuntende diensten doen bij de regeling der bewegingen der korpsenmaar tengevolge van den aard van het terrein en de betrekkelijk geringe macht die wij immer te velde zullen brengen, zullen de onderdeelen der korpsen altijd op zich- zelven optreden en zal het er dus zeer op aankomen dat de bewegingen van die onderdeelen zoo nauwkeurig mogelijk geschieden ingevolge j de gemaakte plannen; en zal het dus noodig zijn, dat de kommandanten dier onderdeelen het terrein uiterst nauwkeurig kennenwant het inslaan van een verkeerden weg door een enkele kompagnie kan onder zulke omstandigheden zeer noodlottige gevolgen hebben. Wij hopen duidelijk genoeg het groote nut der bedoelde oefeningen te hebben aangetoond, maar zoo dit niet het geval is en er nog personen mochten zijn, die daarvan nog niet overtuigd werden, wij raden hen aan eens een oefening bij te wonen en wij vreezen niet of alle vooroordeelen tegen het zoogenoemde spel zullen verdwijnen; want een ieder zal bemerken hoeveel hem nog ontbreekthoe netelig de omstandigheden somtijds kunnen zijn, en hoe moeielijk het dik wijls zal vallen, eene beslissing in het een of ander te nemen. Door die oefening zal duidelijk in het oog springen, hoe nauw de ver schillende onderdeelen van een leger samenhangen, hoe belangrijk de werkkring van een luitenant, ja zelfs van een onder-officier som tijds wezen kan; wmderzijdsche waardeering moet daarvan het gevolg: zijn; de chefs zullen zien, dat zij zonder hunne onderhebbende offi cieren niets kunnen uitrichten terwijl deze laatsten vertrouwen zullen leeren stellen in een goede aanvoering. Maar dan zullen er ook omstandigheden voorkomen, waarin men in tweestrijd zal zijn, of een gegeven order letterlijk moet opgevolgd worden of niet, en de uitkomst zal leeren of men goed handelde. Wij hopen dat het legerbestuur tot de reglementaire invoering van deze oefening zal besluitenmaar alvorens daartoe over te gaan komt het ons noodig voor, dat ten minste in de groote garnizoenen eenige j bekwame officierenliefst kapiteins of jonge hoofd-officieren vooraf tot vertrouwde gevormd worden; want de eenvoudige lezing, zelfs bestudeeriug van de bestaande reglementen is naar onze meening niet voldoende daartoe; men moet eenigen tijd deelgenomen hebben aan de oefening onder de leiding van een goeden vertrouwde, om zelf eene partij goéd te besturen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 61