DE EXPEDITIE MAR GOENONG-TINGIE.
(B oyen-Battak)
in 1 872.
I.
De oorlogen die ons leger hier in den archipel voert, hebben bij
eene oppervlakkige beschouwing nagenoeg allen hetzelfde karakter,
zij schijnen op dezelfde wijze gevoerd te wordennaar dezelfde regels
en gegevens.
Men zoekt vergelijkingen met de onderscheidene kenmerken van
een Europeeschen oorlog om den voortdurenden strijd in deze gewesten
een technischen naam te geven en toch is niets moeielijker dan
juist dit: guerilla-krijg, kleine oorlog, partijgangers-oorlog, zijn de
benamingen waaronder in Europa een strijd verstaan wordt van
weinigen tegen velen, onder omstandigheden die een optreden met
massas in het open veld ondoenlijk of onraadzaam makenof door
de terreinsgesteldheid en aard van het volk als van zeiven ontstaan,
en allicht zoude men in deze worstelingen vergelijkingen zoeken voor
den Indischen oorlogniettegenstaande er zeer weinig punten van
overeenkomst bestaan.
De avontuurlijke tochten der Spanjaarden onder Cortez, de goud
zoekers in Californië, zoowel als de fijn berekende strategische opera-
tien van een Moreau en aartshertog Karei vinden in deze gewesten
dikwerf hunne gelijkenis, en dan nog onder de meest verschillende
omstandigheden wat betreft volk, landaard, terrein, klimaat enz., en
ZEZEESTIE! SCHETS.
22