139
Hoewel nu eene meer zuidelijke plaatsing in de richting van Setjang 1
voordeelig zou zijn ten opzichte van de bij deze plaats uitkomende
wegen van Welerie en vooral van de wegen, welke van Tjila-
tjap naar het binnenland voeren, en in de richting van Soe-
rakarta ten opzichte der omstreeks deze plaats uitkomende accessen
van de oostkust, zou men zich in het eerste geval te ver van de
oostelijke, en in het tweede te ver van de westelijke toegangen der-
noordkust verwijderen.
In beide gevallen vermindert het overwegend voordeel, van reeds
bij de landing op de noordkust eene op de centraalstelling steunende
krachtigen tegenstand te kunnen bieden, en verkort men den terug-
tochtslijn, die, in verband met de geringe breedte van het eiland Java,
reeds zoo klein is, dat men maar al te spoedig genoodzaakt wordt
in westelijke of oostelijke richting te retireeren en alzoo het grond
denkbeeld der opstelling onzer troepen in midden Java schei
ding van het oostelijk en westelijk gedeelte, om daardoor den vijand
te beletten, zonder machtsverdeeling het grootste gedeelte des lands
te bezetten los te laten.
In aanmerking nemende, dat aanvallen langs de zuidelijke accessen
alleen in den westmoesson van belang en door eene plaatselijke
verdediging van Tjilatjap tegengegaan kunnen worden, dat daaren
tegen aanvallen van de noordzijde juist in den westmoesson minder
waarschijnlijk zijn, doch in het droge, voor het voeren van den oorlog
het meest, zoo niet uitsluitend geschikte jaargetijde, den vijand de
meeste voordeelen beloven en bijna zeker zijn te verwachten, terwijl
aanvallen van de oost- en westzijde slechts tot vertraging zullen
leiden en dus zeer onwaarschijnlijk zijn zijn wij vail oordeel, dat
in de eerste plaats de aandacht moet gevestigd worden op eene goede
verdediging tegen aanvallen langs de noordelijke accessen en dan ver
der op zich-zelf staande maatregelen tegen aanvallen van de zuid
zijde moeten worden beraamd.
28. Wij zullen dus in de eerste plaats het meest geschikte
punt voor eene centraalstelling, ten opzichte van aanvallen langs de
noordelijke accessen, nader moeten bepalen.
Zooals wij reeds aangetoond hebben, en door een blik op de kaart
(een etappekaart zal hier de meeste diensten bewijzen, omdat daarop
de wegen bet beste uitkomen) terstond bevestigd wordt, ligt het
centrum dezer accessen in de vallei van Ambarawa.
In deze vallei of dalketel, een van die weinige ketelvormige meer-