146
van zijne operatiebasis afsnijden'; wij moeten dus de macht des
vijands, door voortdurend om de bergen te manoeuvreeren, steeds
ontwijken, gebruik maken van alle misslagen welke hij begaat, hem
zooveel mogelijk bindernissen in den weg leggen, en trachten hem op
die wijze zoodanig af te matten en te verzwakken dat, mocht het hem
al gelukken in het binnenland door te dringen, hij de versterkte hoofd
plaats, alwaar onze overgeblevene troepen eindelijk geconcentreerd
worden, niet voor het vijfde jaar kan bereiken.
Deze versterkte hoofdplaats, welke Van der Wijck in het centrum
der binnenlandsche verdediging, op de verbinding der beide terug
tochtswegen in het terrein tusschen Ketjiwong en Brambanan ont
werpt, en welke hoofdplaats een centraal hospitaal, arsenalen enz. be
vatten moet, wordt dan als het ware het reduit van zijn geheele stelsel
(de kwestie, dat hierom ook de zetel der Regeering moet verplaatst wor
den zullen wij, als op zich-zelve staande, later afzonderlijk behandelen).
Behalve door de positie aan de Toentaug werden, gelijk wij reeds
gezegd hebben, de toegangen tot deze nieuwe'hoofdstad nog afge
sloten door twee andere versterkingen, waarvan de eene bij Gombong,
de andere bij Ngawie geplaatst werd.
Hoewel namelijk Van der Wijck, op gelijke gronden als hier reeds
aangevoerd werden, niet geloofde aan ondernemingen tegen midden-
Java, gebaseerd op eene landing in het westelijk deel des eilands, zou
eene omtrekking der positie aan de Toentang door een ten westen
van Semarang gelanden vijand langs den weg van Tegal naar Banjoe-
tnaas niet onmogelijk zijn, en ontwierp hij daarom bij Gombong, aan
den voet van den lagen bergketen, welke in zuid-westelijke richting
van de Soembing afdaalt, eene versterking, (het fort generaal Cochius)
die bestemd was tot afsluiting van den zuidelijken weg, en tevens
dienen moest om bij eenen terugtocht door de vallei van de Serajoe
op Soerabaja, de vijand te beletten ons langs den weg naar Mandi-
redjo te volgen.
Aanvallen, uitgaande van eene landing in oost-Java, zouden, als
minder spoedig tot eene beslissing leidende, eveneens weinig of niet
te verwachten zijn, doch werden, in verband met de goede gemeen
schap tusschen Soerabaja en midden-Java door de vallei der Solo
rivier, minder onwaarschijnlijk geacht dan de voorgaande.
Ten einde zich hiertegen te wapenen werd Soerabaja, alwaar men
tevens de militaire etablissementen en den constructie-winkel te bescher
men had en den oorlogshaven tegen aanvallen van de landzijde ver
dedigen moest 12) tot eene groote vesting gemaakt.