212 Dit redres heb ik hier doen volgen, omdat in mijn IIe deel op bladz. 186 eenige beschouwingen voorkomen, omtrent ons recht om het eiland Kaloekoe Siratoe (klappereiland) in bezit te nemen en ik dat recht daar betwistte, omdat genoemd eiland geheel en al in het verlengde van den linkeroever gelegen is en bij gevolg, ware de door mij aangegeven grensscheiding juist geweest, tot het rijk Wadjo, waarmede wij niet in oorlog waren, zoude behoord hebben. Ik herhaal evenwel, dat ik de grenzen vermeldde, z. a. ik ze in de officiëele bronnen vond aangeteekend, en mijn boek was reeds de wereld in, toen mij bovenaangehaald kontrakt onder de oogen kwam. M. T. H. PERELAER.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 219