Misschien zal zij meer belangstelling wekkennu een vreemde er
over geschreven heeft.
De heer Courcy, administrateur van eene der groote Fransche ver
zekering-maatschappijen heeft onlangs het vraagstuk der pensioenen
behandeld.
De burgerlijke pensioenen worden in Frankrijk beheerscht door de
wet van 1853. Zij moeten uitbetaald worden aan alle rechtstreeks
door den Staat bezoldigde ambtenaren, als zij, in den regel, 60 jaren
leeftijd en 30 jaren dienst hebben; 55 jaren ouderdom en 25 jaren
dienst zijn voldoende voor hen, die 15 jaren hebben doorgebracht
in wat men den actieven dienstnoemt; geene grens van leeftijd
noch van dienst wordt gevorderd, als de ambtenaar tot werken on
bekwaam is gemaakt door bekomene wonden of gebrekenopgedaan
in de uitoefening van zijne dienstverrichtingen of lij eene daad
van zelfverloochening.
Het pensioen is gelijk aan de helft van het gemiddelde traktement
der laatste 6 jaren, en het neemt toe met eeu 60ste voor elk jaar
boven den wettelijken termijn, zonder ooit twee derden van het trak
tement te boven te kunnen gaan. De weduwe heeft, mits haar hu
welijk dagteekent van ten minste 6 jaren vóór de pensioneering van ha
ren echtgenoot, recht op het één derde van het pensioende weezen
hebben aanspraak op een1 jaarlijkschen onderstand, als de moeder
met aan de wettelijke voorwaarden om een pensioen te verwerven
voldoet.
Hoe wordt het fonds gevormdwaaruit de Staat deze pensioenen
betaalt? Door de inhouding van het een-twintigste van het tracte-
meut en van het een-twaalfde der verhooging, hetgeen eene korting
uitmaakt van ongeveer 6^ ten honderd der gezamenlijke door den
Staat betaalde traktementen. Het is eene som van fr. 15,335,000,
die op het budget van 1873 voorkomt en die de Staat geacht wordt
ter zijde te leggen. In de werkelijkheid echter is er geene enkele
kas ingesteld om die inhoudingen te ontvangen en te beheeren die,
in de praktijk, slechts eene vermindering zijn op de betaling van de
somop het budget uitgetrokken voor het traktement der ambte
naren.
De dienst der pensioenen heeft met veel moeielijkheden te kampen.
De opbrengst der kortingen blijft verre beneden het cijfer der uit
betalingen, die, volgens het budget van 1873, fr. 39,650,000 beloopen.
De Fransche Staat zal dus in dit jaar uit de algemeeue fondsen meer
dan fr. 24,000,000 nemen om de uitgaven van dit hoofdstuk te
306