schrijven, en zoowel voor den graad vaii fourrier als voor schrijver
genoegzaam ontwikkeld worden geacht. Bij deze gelegenheid werd te
vens gerapporteerd dat de Amboinesche, Afrikaansche en inlandsche
sergeanten in 't algemeen hun gezag behoorlijk weten te handhaven,
ook ten aanzien der Europeesche korporaals.
Krachtens de bestaande bepalingen werden voor den hospitaaldienst
onder andereu bestemd alle voor den dienst te velde afgekeurde militai
ren. Daar dit voorschrift wegens zijne algemeenheid een beletsel was
tegen eene goede keuze van hospitaalpersoneel, is in April 1873 de
opvolging daarvan afhankelijk gesteld van de voorwaarde dat de be
trokken militair tot zoodanige overplaatsing genegen, en, wat karakter
en gedrag betreft, daartoe geschikt zij.
Aanvulling en verliezen. Gedurende 1872 werden hier te lande
benoemd en bij het Indisch leger in de sterkte gebracht, 19 officieren,
allen, behalve een zestal bestemd voor den geneeskundigen dienst, af
komstig van de Koninklijke Militaire Akadeinie, terwijl in Indie 43
onderofficieren (waaronder 38 van de onderofficiersschool te Meester-
Cornelis en 1 van de artillerieschool te Weltevreden) tot officier wen
den aangesteld.
Van het Nederlandsche leger werden in den loop van dat jaar 4
officieren bij het Indische overgeplaatst en waren op ultimo Decem
ber II officieren bij dat laatste gedetacheerd (10 van het wapen der
infanterie, 1 van den geneeskundigen dienst.)
In het laatst van 1872 werden vijf subalterne officieren (één kapi
tein en drie 1ste luitenants der infanterie, zoomede één 1ste luitenant
der artillerie) aangewezen om op den voet van het Koninklijk besluit
van 18 Augustus 1871, no. 10 Indisch Staatblad no. 176), van het
leger in Indie bij dat in Nederland, en omgekeerd hetzelfde aantal
(van gelijken rang en wapen) om van het Nederlandsche bij het In
dische te worden gedetacheerd.
Wegens de groote behoefte aan officieren der militaire administratie
werden in 1872 in Indie 4 officieren der infanterie bij dien dienst
overgeplaatst.
Het hooger opgegeven incompleet aan officieren onder ultimo'1872
was over de verschillende wapens en diensten verdeeld als volgt: sta
ven 1, geneeskundige dienst 38, militaire administratie 19, infanterie
35, genie 25, artillerie 5.
Ter voorloopige voorziening in het incompleet van officieren bij
het wapen der genie, zijn 17 luitenants der infanterie tijdelijk bij
24