in welker naam zij zich als Gouvernement hadden opgeworpen, door zich te gelijk op te houden met twee vijandenden eenen, die ruste loos werkte aan de insluiting van de versterkte legerplaats Parijs, den ander, die het oogenblik bespiedde om het Stadhuis aan te vallen. Van deze twee vijanden was degene dien men het meest duchtte niet de meest verwijderde; tegen dien kon men slechts eene verdedi gende houding aanuemeu en nog was het, volgens de meening van den Gouverneur Trochu, ueene heldhaftige dwaasheidIk wil, als bewijs van de gestadige bezorgdheid der chefs voor overrompelingen van binnen en voor oproeren, slechts dit feit aanhalen, dat zij in hunne boeken onophoudelijk spreken over de gevaren die zij geloopen, over de zege, die zij behaald hebben op de partij van wanorde, en dat in bewoordingen, die zouden doen gelooven dat de handhaving vau de rust in de straten, het behoud vau het Gouvernement, het groote vraagstuk was, waarvan het hier de oplossing gold. Ziehier, wat de heer Trochu zegt: //Ik oordeelde, dat, door aan Parijs zijne inwen dige levenswijze te laten, er zich stroomeu en tegenstroomen zouden vormen, die elkander zouden neutraliseeren en die betrekkelijke kalmte scheppen, te midden waarvan wij 4 maanden geleefd hebben. Zeker was het evenwicht onvast, wisselvallig, het is drie malen verstoord gewordenmaar eindelijk zijn wij er in geslaagdhet heeft ons in staat gesteld het beleg te brengengelijk ik u gezegd hebtot ons laatste stuk broods." Ziehier nu, wat de heer Favre zegt: //Onder al de geduchte vraagstukken, die deze verplichting opwierp, moest men zeker dat van het inwendig bestuur bovenaan plaatsenwaaraan deze groote bevolking, veroordeeld tot eene beproeving vol onbekende, mogelijke gebeurtenissen, moest worden onderworpen. Kon zij de strengheid verdragen van de krijgswet, soms weldadig in dergelijke crisen? Was het niet wijzer haar te besturen door de toepassing van eene volkomens vrijheid? Ik begrijp, dat men na onze onheilen kan betreurendat het eerste stelsel niet de overhand heeft behaald. Ik blijf evenwel nog overtuigd, dat het onuitvoerbaar was, dat het niets zou hebben gered, en dat het misschien de gevareu zou verergerd hebben, waaraau wij, gedurende 5 maanden, daaglijks zijn blootge steld geweest. Het Gouvernement heeft in allen gevalle de wereld een schouwspel aangeboden zonder wederga in de geschiedenis, dat van eene belegerde stad, binnen hare muren eene menigte van 2.500.000 menschen tellende, ter prooi aan de hardste ontberingen, aan onbe schrijfelijk lijden, aan koortsachtige spanning, en waaraan toch alle 366

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 373