396 noodlottig geweest, gelijk de uitslag ongelukkigerwijs maar al te zeer heeft bewezen." De vijand daarentegen verloor zijn' tijd niethij gebruikte de maand uitstel, die men hem liet, om zijne insluitingsliniën te versterken, ten einde met zoo weinig manschap mogelijk de aanvallen der bele gerden te kunnen afslaan. Op dat oogenblik toch had het Duitsche leger nog een gedeelte van zijne strijdmacht (ongeveer 70.000 man) aan de Loire en in het noorden, en telde om Parijs slechts ongeveer 160.000 strijders; het had dus sterke stellingen noodig om inet zwakke detachementen den uitgestrekten omtrek van de vesting te bezetten. Nog in de maand November maakten de Duitschers hun belegerings- materiëel gereed en vingen zij den bouw der talrijke werken aan, bestemd voor den artillerie-aanval, dien zij sinds lang ontwierpen. Ik weet wel, dat het noodzakelijk was het leger van Parijs te orga- niseeren en dat in November deze organisatie plaats had; maar wie verhinderde ze vroeger te ondernemen, en had men vijftig dagen noodig om haar ten einde te brengen? Sedert het treffen bij Bag- neux op den 13denOctoberhad men geen enkel eenigszins belangrijk gevecht gewaagd; men kon dus, zoo men gewild had, de divisiën en de legerkorpsen scheppende commandementen verdeelenzicli met de kaders bezig houden. Eerie maand zou ruimschoots toereikende zijn geweest voor dezen arbeid en men ware in het begin van No vember gereed gekomen. Maar doordien de geestkrachtde goede wil en de administratieve bekwaamheid ten eenemale ontbraken was men eerst den 29sten November in staat tot een' aanval over te gaan." //Zie ook eens", zegt de heer Littré, //welke kansen men verloor door tijd te verliezen. Zoo de aanvallende bewegingendie in het begin van December werden aangevangenin het begin van November gedaan waren geworden, zouden zij te gelijk hebben plaats gehad met het oprukken van het leger van den generaal d'Aurelle de Pala- dinesmet de overwinning bij Coulmiers en de operaties van den vijand belemmerd hebben, vóórdat het leger, hetwelk Metz genomen had, aan de Seine en aan de Loire was verschenen. Het was het oogenblik, waarin wij het minst zwak, de Duitschers het minst sterk waren. Het was dus de oogenblik, waarin men gereed had moeten zijn." Ziehier de gevolgtrekking van den heer Wyrouboff: //Ik vat in weinige woorden mijne meening over de verdediging van Parijs samen. De lezer zal mijhoop ikhet recht doen wedervarendat ik on partijdig ben geweest in mijne beoordeelingen, althans in dezen zin,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 403