399 is geweest vier en eene halve maand, met depots, mobielen en ge- mobiliseerden tegen 600.000 bewonderenswaardig aangevoerde, gedis ciplineerde en gewapende Duitschers. Dit bewijst de zwakheid van de saamgeraapte legers en de dapperheid van de natie. De tweede opmerking raakt het voortzetten van den oorlog na Sedan. Ik heb mij daaromtrent reeds elders verklaard. Zoo Duitsehland ons slechts milliarden gevraagd had, zou men dadelijk hebben moeten onderhan delen, maar het vroeg ons twee gewesten. Wie van ons zou tegen woordig de hand van een' Elsasser of van een' Lotharinger kunnen drukken, zoo men niet gestreden had tot dat het laatste stuk van den degen uit Erankrijk 's hand gevallen was? Tot zoo ver Littré. Het doet mij leed op één punt te moeten verschillen in meening van Erankrijk's edelsten en bekwaamsten burger. Zijn land heeft zich niet tot het uiterste verdedigd. Hoevele depar tementen zijn door den vijand onbezet gebleven? Wat heeft het zuiden gedaan? Werd de kans op een' eervollen vrede niet grooter, naar mate de tegenstander zich meer verspreiden en meer van zijne operatie-basis verwijderen moest? Hadden de gecoufedereerden van Noord-Amerika niet het voorbeeld gegeven van taaier verzetNeen, men moet het helaas erkennende Franschen zijn geene groote natie meer, en door het ergerlijk schouwspel, dat Versailles aanbood, terwijl de veroveraar nog den vaderlandschen bodem betradtoonen zijdat zij door den jongsten oorlog nog niet genoeg werden ge tuchtigd. Onder de oorzaken van hun verval en van hunne schande moet men ook tellen hunne zucht om te knotten wat uitsteekt, om te bevuilen wat blinkt. Moge Nederland, dat mede aan dit euvel mank gaat, zich aan Frankrijk spiegelen, vóórdat het te laat is! De Franschen wisten hun eigen belang niet ondergeschikt te maken aan het algemeen belang. En de Nederlanders? Lees de verwijten m de Kolnische Zeitung. Moge niet ons volk binnen weinige jaren door den bezieler van dat dagblad uit zijne zelfzuchtige onverschillig heid worden opgeschrikt! E.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 406