407 De Indische regeering kwam echter later op haar voorstel terug, om het leger iu de koloniën met eene uit het moederland te zen den en volledig georganiseerde krijgsmacht te versterken. Nauwlijks was de kommissaris-generaal, Burggraaf Du Bus de Ghisignies, met de opperlandvoogdij belast en had hij zich met den stand van. zaken in Indië bekend gemaakt, of hij deed in 1826 aan het opperbestuur een voorloopig voorstel ter versterking der Indische krijgsmachtdat door een definitief voorstel werd gevolgd, om zoo spoedig mogelijk en ge lijktijdig, behalve de gewone suppletie, uit Nederland te zenden eene afdeeliug infanterie van 2000, en detachementen kavallerie en artillerie van 250 man. Ook nu weder mocht dit voorstel de goedkeuring van het opper bestuur niet wegdragen. De minister van marine en koloniën ant woordde den gouverneur-generaal, dat het uitzenden van geheel ge organiseerde korpsen ondoenlijk was. Niettemin werden in Neder land maatregelen genomen, om niet alleen de aanhoudende verliezen, die het Indische leger leed, voortdurend aan te vullen, maar zelfs de formatie van het leger te doen overschrijden. Dit had de Java- oorlog gebiedend noodzakelijk gemaakt. In Augustus 1826 droeg de Koning den minister van oorlog op, zoodanige maatregelen te treffen, dat iedere maand 300 man supplétie-troepen naar Java konden worden gedirigeerd; hiermede moest tot het einde van het jaar wordendoor- gegaan. De bestendiging van dezen maatregel zoude afhankelijk worden gemaakt van de in dien tusschentijd van den gouverneur- generaal te ontvangen berichten over den oorlogstoestand. Die berichten waren verre van rooskleurig en bij de werving der vrijwilligers voor Indië scheen men op hinderpalen en tegenspoeden gestooten te zijn, waarop de Nederlandsche regering aanvankelijk niet had gerekend. Evenals nu nog onze grondwet is te dien opzichte niet veranderd moest dat getal van 300 man per maand voor Indië door werving worden gevonden. Toen dan die werving minder ge lukkige resultaten kreeg, gaf men aan den wil van Du Bus toe en bepaalde een Koninklijk besluit van 26 October 1826, dat er onmid dellijk zou worden samengesteld eene expeditionaire af deelingalleen uit infanterie bestaande, die, zoo mogelijk, nog in December van het Weitzel. Gedenkwaardige Tafereelen uit den oorlog op Java van 18251830, toewerkt naar de beste schrijvers en de nagelaten papieren van Z. E. den luitenant - generaal Baron. Merkus de Koek.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 414