nemen met muildieren uit Klein-Azie en Syrië, over wier bruikbaar
heid zeer gunstige berichtèn werden vernomen. Van den consul-
generaal der Nederlanden in Egypte zijn deswege inlichtingen ge
vraagd en ontvangen, naar aanleiding waarvan in den aanvang van 1873
voorstellen ter zake bij de Indische Regering in overweging waren.
Draagbare wapenen. De in het vorig verslag besproken transfor
matie van 700 Indische trailleur-geweren tot achterlaadgeweren, stel
sel Kuhn, werd omstreeks het midden van 1872 ten einde gebracht.
Met deze soort achterladers (groot kaliber) is nu één bataillon (het
11de) bewapend.
De werkzaamheden der commissie, in Indie belast geweest met het
bepalen der opzethoogten voor het achterlaadgeweer, klein kaliber
stelsel de Beaumont), zijn eerst in December 1872 geheel kunnen
afloopen. Met het merken der vizieren van de reeds aangebrachte
partijen dezer geweren, waarvan het getal gaandeweg was geklommen
tot ruim 8000 stuks, is toen onmiddellijk een begin gemaakt.
Tegen het einde van Eebruari 1873 werd dien ten revoke de
iaatste hand gelegd aan de bewapening met het nieuwe geweer van
een geheel bataillon (het 12de), terwijl bet door buitengewone maat
regelen gelukte eene gelijke hoeveelheid nog tijdig genoeg in gereed
heid te brengen om ook een tweede bataillon (het 9de) voor deszelfs
vertrek naar Atjeh van deze achterladers te voorzien. En sedert
is men ijverig in de weer om zoo spoedig mogelijk den geheelen
voorraad dezer wapens ter dadelijke indienststelling af te leveren.
Na de ontvangst der verdeelingsmateu is ook in Nederland zonder
verwijl een aanvang gemaakt met het merken der vizieren van de
daartoe aangehouden restantpartijen (3840 stuks.)
Behalve dit aantal zullen in 1873 in mindering van nieuwe be
stellingen (tot eene gezamenlijke hoeveelheid van 10,000 stuks), nog
3600 stuks worden verzonden, waardoor het geheele aantal van hier
verscheept onder ultimo 1873 zal zijn geklommen tot 15,600.
Voor het confectioneren der in't vorig verslag bedoelde 2 millioen
patroonhulzen, waarvan de eerste partij in October 1872 werd aan
gebracht en de laatste 400,000 stuks van hier zijn verzonden in Maart
1873, zijn bij de pyrotechnische werkplaats te Soerabaja hulpwerk
tuigen opgericht.
In het eerste semester 1873 zijn ook de noodige machines en ma
terialen uitgezonden voor het plaatselijk aanmaken van hulzen en van
wat verder tot de volledige patroonfabricatie behoort. Ook is gezorgd
36
Tl