452 het schip bij gewone omstandigheden kunnen brengen op 13, des noods op 15 tot 16 mijlen. Het tuig volgens de nieuwste uitvin dingen, doch in verhouding met het schip, zoodat het, zoo noodig, ook goed onder de zeilen kunne loopen. De wapening zoude bestaan uit 4 stukken, achterladers van 12 En?, duim. Indien nu de verdedigers der pantserschepen voor het behoud van deze in den tegenwoordigen vorm pleiten door de bewering, dat manschappen, die achter een pantser vechten, met meer moed en gerustheid in het gevecht gaan, dan die, welke aan de vijandelijke kogels zijn blootgesteld, zoo kunnen wij dit nooit als eene grondige reden aannemen. Admiraal Earragut heeft in de Amerikaansche oorlogen getoond dat de moed aan de bemanning van houten schepen geenszins ont breekt, en evenals toen de zeelieden harten van ijzer haddenzullen zij deze ook in de toekomst bezitten. De school, die de zeeman ook in tijd van vrede doorloopt, sterkt den moed gedurig, en wij kunnen gerust beweren, dat een lafaard geen zeeman blijft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 461