EEN ATJEH-MONUMENT. 2/r
Op verzoek van Zijne Excellentie, den kommandant van
liet leger, heeft zich eene Hoofdcommissie voor Neder-
landsch-Indië gevormd voor het stichten van het gedenk-
teeken ter eere van hen, die in den krijg tegen Atjeh het
leven hebben gelaten.
«Ons, tijdgenooten", zoo drukt de Hoofdcommissie
zich m hare alom verspreide en ook onzen lezers bekende
circulaire zich uit-— „ons voegt het, dankbare hulde te be
wijzen aan hen, die een schoon voorbeeld hebben gegeven
van soldatendeugdons voegt het, aan landzaat en vreem-
ehng te toonen, hoezeer wij edel plichtbesef waardeeren;
liet is onze plicht, bij de nakomelingschap de herinnering
levendig te houden aan de mannen, die hunne liefdevoor
Koning en Vaderland met den dood hebben bezegeld."
Wij bespreken deze zaak ook in het Militair Tijdschrift
omdat het in de eerste plaats de vereering geldt van onze
ii apenbroedersvan onze kameradenvan onze vrienden,
mow el burgers als militairen zullen aan de roepstem der
Hoofdcommissie gehoor geven, omdat zij zelfverloochening,
plichtsbetrachting en heldenmoed van land- en zeemacht