462
Van af 1859 werd het Indisch leger gekommandeerd door vijf
verschillende bevelhebbers. Zouden zij allen nu zijn mank gegaan
aan hetzelfde euvel, zouden zij allen overdreven eischen hebben ge
steld? Of zou het niet veeleer boven allen twijfel verheven zijn, dat
het legerbestuur, beter dan eenige andere autoriteit, den werkelijken
toestand van het leger kan doorgronden, en dat men, door in verschil
lende zaken van hoogst belangrijken aardwaaronder wij niet aarze
len, in het belang van den staat, ook de tractementsverhooging te
begrijpenzoo ten eenemale van des legerkommandants voorstellen
af te wijken, eene zware verantwoordelijkheid op zich laadt?
Het is ons bekend, dat de laatst afgetreden legerkommandant eene
tractementsverhooging noodig achtte, waarvan het eindcijfer 6 ton
gouds bedroeg.
Van den generaal Kroesen vooral, die bezuinigde waar hij kon,
die, ten koste van een deel zijner populariteit, bij zijn optreding
//zelfverloochening'1 predikte, is het niet te veronderstellen, dat zijne
eischen overdreven zijn geweest. Eu wanneer we nagaan, wat nu,
voor bijna 4 tonnen gouds, individueel verkregen is, dan moeten wij
verklaren, dat onzes inziens, ook bij eene verhooging van ruim 6 ton,
niet gezegd had kunnen worden, dat, bij de bestaande nijpende be
hoefte, de meestmogelijke zuinigheid uit het oog verloren zou zijn.
De generaal Kroesen maakte er dan ook geen geheim van, dat hij
aan de Regeering had verklaard, dat hij eene minder afdoende re
geling niet wilde beschouwd hebben als van hem te zijn uitgegaan,
en het. beter wasniets te gevendan door eene te geringe ver
hooging, die als een aalmoes zoude worden beschouwd, slechts teleur
stelling en ontevredenheid optewekken.
En dat die generaal juist heeft gezien, blijkt thans overtuigend.
Aan de hoofd-officieren is eene billijke verhooging toegelegddie
algemeen tevredenheid verwekt heeft, en die hun vergunt in billijk
heid te voorzien in de eischen hunner maatschappelijke positie.
Verder is men echter niet kunnen gaan; de herziening dertracte-
menten van de subalterne officieren heeft de sedert jaren opgewekte
verwachting onbevredigd gelaten, en de daarbij toegekende verhoogin
gen zijn ten eenemale onvoldoende. Evenals vroeger wordt ook thans
onder de kapiteins en luitenans van het roemrijke Indische leger