armoede geleden; evenals vroeger zijn hunne inkomsten verre be
neden die van andere landsdienaren van ongeveer gelijke conditie
evenals vroeger wordt hun niet toegekend het loon, waarop hunne
aan Vaderland en Koning bewezen en dagelijks te bewijzen diensten
aanspraak geven.
In de tweede kamer der Staten-Generaal noemden de heer Rutgers
van Rozenburg, en, ondanks de bestrijding des Ministers, met hem
niet minder dan een en twintig ledendie voor zijn amendement tot
aanvulling tot f 625.000 van den verhoogings-post stemden, de
regeling der inkomsten, voor zooveel betreft de subalterne officie
ren, half werk:
//Het is eene Indische kwaal", zeide hij, //gelijk er zoovele spe
ciale Indische kwalen zijn, om in militaire zaken alles ten halve te
doen; de geschiedenis dier zaken, maar vooral van de tractementen
der officieren, dragen van die hebbelijkheid maar al te zeer de spo
ren
En de heer Rutgers van Rozenburg heeft daarin groot gelijk, al
leen met dit verschil, dat de uitdrukking juister ware geweest, indien
hij gezegd haddat het eene speciale kwaal van het Ministerie van
Koloniën is, om in Indische militaire zaken alles ten halve te doen.
Het is een vreemd verschijnsel, dat het opperbestuur over het al
gemeen zoo weinig let op de adviezen der legerkommandanten. De
voorstellen van dezen worden, soms bij de Algemeene Secretarie, maar
in den regel bij het Ministerie van Koloniën, besnoeid, uit hun ver
band gerukt en wat men noemt //omgewerkt"soms worden zij zelfs
niet afgewacht. Van anderen verneemt men niets. Altijd weet men
het te "s Gravenhage beter dan de persoondie feitelijk de verant
woordelijkheid dragen moet.
Dit verschijnsel wijst op een organiek gebrek in de Indische
staats-iustellingenhet maakt de stelling der chefs onhoudbaar, en
de zaken gaan er niet beter door.
De desorganisatie van het Departement vaii Oorlog door den Mi
nister De Waal, waarop deze zelf binnen het jaar terug moest ko
men omdat zij unuitvoerbaar was; de afschaffing van de artillerie-
en genie-toelagen, de afschaffing van de toelagen der militaire schrij
vers op welke laatste afschaffing men, in bedekten vorm, door
veranderde organisatie, toekenning van kavallerie-soldij enz., ook al
463
