468
op wijzen, dat de ambtenaars-examens telken jare goed bezocht zijn
en men weinig aspiranten op de officiers-examens vindt.
Hoe komt dat? De officiersstand wordt toch zeker niet als minder
eervol beschouwd, en heeft licht, voor het hart van een jongeling,
nog iets, wat hem boven een anderen stand aantrekkelijk maakt. De
poëzie van 't soldatenleven is den Nederlandschen jongeling zeker
niet onverschillig en als hij de heldendaden leest en hoort, waarmede
onze geschiedboeken gevuld zijn, als hij de daden van dapperheid,
zelfverloochening, toewijding, moed, plichtbesef en trouw van zoo
menig soldaat ter zee en te land verneemtdan gloeit zijn hart en
komt voorzeker bij velen de wensch op: //Kon ik ook eens zoo'n
man worden!"-
Maar alvorens zij den stap doen, die hen daartoe moet leiden, wor
den zij door oudersvoogden of vrienden er op gewezendat zij bij
ai dat schoon zullen hebben te lijden armoede en ontbering; dat zij
zich zullen moeten blootstellen aan ten achterstelling en miskenning,
Men zal hen wijzen op de verklaring des Ministers Kransen
van de Putte zeiven, en op hetgeen verder in de 2e kamer over de
inkomsten der officieren is gesproken: alsmede op de minime resul
taten van al die redeneeringen.
Men zal hun zeggendat zij zich ook in andere betrekkingen
verdienstelijk kunnen maken jegens medeburgers en vaderland; in
betrekkingenwelke beter bezoldigdbeter beloond worden.
Zij zullen een anderen loopbaan kiezendie de toekomst beter
verzekert, en het Indische leger blijft verstoken van dergelijke man
nen die er eens een sieraad van zouden kunnen uitmaken.
Zij zullen hebben te lijden armoede en ontbering; zij moeten zich
blootstellen aan ten achterstelling en miskenning, schreven wij zoo even.
Het eerste bewezen wij reeds en bespreken wij straks nog nader;
van het laatste een paar voorbeelden
De aspirant-controleur is, bij aankomst in lndië, niet in betere
conditie dan de 2C luitenant van het leger; hunne inkomsten komen
ongeveer overeen. Maar de eerste is na een paar jaren dienst con
troleur, en is dan materieel vrij wat meer gevorderd dan zijn mili
taire broeder, die, na 12 jaren dienst, nog altijd de oude sukkelaar
in de financiën is. De assistent-resident heeft twee a drie honderd
gulden meer tractement per maand dan zijn tijdgenoot, de kapitein-
De rechterlijke ambtenaar is, bij aankomst in lndië, al weder niet