481 hij maar de grondwetgever heeft daarenboven eene zoodanige wapen macht gewild. En Engeland en Erankrijk hebben iets dergelijks. Dit het voorbeeld van Engeland en Erankrijk mag, volgens hem, wor den afgeleiddat een verblijf in de koloniënmits het niet te lang durig zij, op goede dat is goed georganiseerde en goed aangevoerde troepen geen nadeeligen invloed zal uitoefenen. En wanneer men nu van de Indische brigade de Eransche troupes de marine maakt, ze in plaats van 4, slechts 2 jaren in de Jcoloniën laat en in het derde en vierde jaar bestemt voor den dienst op de schepenzouden die troepen dan daardoor minder bruikbaar worden Niemand zal dit beweren, zegt de heer De Eoo. Waarom zouden onze mari niersdie tot hiertoe uitsluitend voor den dienst op de schepen be stemd waren, ook niet in de koloniën als landtroepen kunnen dienen Waarom kan men het thans 2000 man sterke korps mariniers niet op 5000 man brengen en daarvan eene Indische brigade makendie b. v. 2 jaren in Nederland 2 jaren op de schepen en 2 jaren in de koloniën dienst zou moeten doen P Uitbreiding van het korps mariniers en reorganisatie van dit korps tot eene Indische brigade, dat is het eenige middel van den heer De Eoo, om tot eene gewenschte reserve voor de Indische krijgsmacht te geraken. Wil de regeering dat middel niet, dan heeft de heer De Eoo nog twee andere middelen, waaruit zij slechts hebbe te kiezen. Men ziet hetde Leeuwarder afgevaardigde is ook in zijn parlemen tairen loopbaan krijgskundigehij is niet dadelijk buiten het renperk der diskussie te zetten hij is te verstandig, om zijn kruit in eens te verschie ten, hij zorgt altijd voor eene behoorlijke reservejammerdat ditmaal bij die reserve niet zijne beste troepen zijn. Men oordeele: lo. Wanneer er in Nederland eene brigade vrijwilligers, b. v. van I bataillons en een dépotwerd opgerichtmet het doeldat korps in den regel aldaar te doen verblijven, dan zou het als leer- of in- struktie-brigade van groot nut kunnen zijn. Maar hoe zou men in benarde tijden met deze brigade moeten handelen P Als nu eens zoo als in 1873 het Indische leger veel troepen noodig heeft? Dan zou men de vrijwilligers van die brigade, mannetje voor mannetje, moeten vragen wil jij naar de Oost of niet Want die manschappen zouden slechts verplicht zijn tot den dienst in Nederland. Men kan immers geene soldaten voor den dienst in het moederland aanwerven, ouder verband dat de regeering het recht zou hebben, hen, op een gegeven oogenblik zoo de omstandigheden dit vorderen naar 21

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 490