548 dat hij eene aan de kwaliteit van zijn wapen evenredige oefening in het schieten verkrijge; en dat hij in het tirailleeren te voet genoegzaam geoefend worde om met voordeel van de zich aanbiedende hulpmiddelen van het terrein tegenover den vijand gebruik te kunnen maken. Deze drie zaken zullen onmisbaar zijn om de kavallerie ook voor den vervolge het in den laatsten veldtocht met moeite herwonnen standpunt als zelfstandig wapen te doen behouden. Kan zij niet door eigen kracht geringe hindernissen, zooals wij er bovengeschetst hebben, opruimen, zoo als deze zich tegenwoordig, nu de landerijen overal in cultuur gebracht zijn, dagelijks bij den voorpostendiensten de verkenningen een hoofddeel der roeping van de kavallerie voordoen; moet, om een versperde, door tien of twintig man verde digde straat door te trekken, of eene barricade onschadelijk te ma ken, dadelijk weder de hulp der infanterie ingeroepen worden; kan de kavallerie hare kantonnementen of andere gewichtige lokaliteiten niet zonder vreemde ondersteuning minstens zoolang ook tegen andere wapens verdedigen, tot zij met haar wapen vrij terrein heeft gewonnen, of andere voor haar gunstige kansen zijn ingetredendan zal het spoedig weer gedaan zijn met die zelfstandigheid, waarin de kavallerie gedurende den laatsten veldtocht zich nu en dan, althans gedeeltelijk, verheugd heeft, en waaraan zij zoo heerlijke overwinningen te danken had. Dus stelle men den lichten ruiter in staat, door uitrusting en oefening, om, vooral ook te voet, goed te kunnen schieten. Wat de uitrusting aangaatzoo behoort deswege door hoogerhand beslist te worden, omdat velerhande omstandigheden daarop invloed uitoefenen. Wat de oefeningen betreft, zoo heeft de laatste veldtocht ons ver schillende leemten doen kennen. Ons voordeel doende met de toen opgedane ondervinding, behooren wij daarin thans al dadelijk zelf te voorzien. Wij zien onze kameraden zuchtend de schouders ophalenen hooren hen roepen: //Nog al meer dienst te voet! Nu moeten wij ook nog schiet- en tirailleur-oefeningen houden, gelijk de infanterie." Dit is zeker niet ons doelEr zal geen uur dienst méér gedaan, geen nieuwe diensttak bij het in dit opzicht reeds zoo rijke dienst- tableau van ons wapen gevoegd worden. Het door ons wenschelijk geachte doel is in den reeds beschikbaar gestelden tijd met de tot nu toe verstrekte middelen te bereiken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 557