602 op bladzijde 401 en 402 van het Militair Tijdschrift. Geen officier of Europeaan is bij dat korte drama tegenwoordig geweest; althans, toen ik met toestemming van den expeditiekommandant een onder zoek instelde, heeft zich van dien landaard niemand als getuige op gedaan. Ook is het lijk door niemand gevonden kunnen worden, omdat het niet verloren geweest is, want de Ambonezen uit de tirail leurlinie hebben hunnen officier niet uit het oog verloren, en waren er het dichtste en het eerste bij. Wat de officier, die den schrijver er sedert nog over gesproken heeft, er dus van weet, heeft hij van anderen moeten hooren. Verdient dat meer geloof dan wat ik er van mededeelde? Mij was het niet te doen om critiek, waartoe ook in de wijze, waarop dit voorval door den schrijver werd medegedeeld, geen de minste aanleiding bestond, maar alleen om de waarheid in de ge schiedenis. (bladzijde 178, tweede nieuwe volzin): //Op bladzijde 422", enz. Ik voor mij zoek de waarheid in het journaal, omdat dit werd ingeschreven, steeds dadelijk nadat de verschillende rapporten van de kommaudeereude officieren en chefs van diensten waren ingekomen. Brieven en rapporten werden eerst later daaruit getrokken, voor zoo veel de gebeurtenissen betrof. Waar de fout zit kan ik evenmin uitmaken als de schrijver, want daartoe mis ik alle gegevens. Dat het journaal geheel zonder fouten zoude zijn wil ik niet beweren. Het is op last van den kommandaut der expeditie aangehouden, en meestal eigenhandig ingeschreven, van het begin der expeditie, door den kapitein Bijl De Vroe, die als een zeer onafhankelijk en nauwgezet officier bekend stond, tot dat hij te Makasser den 17Jen Mei 1859, door ziekte gedwongen, die taak overgaf aan zijnen ver vangen, den kapitein Pel. (bladzijde 179, vijfde volzin): //Ik moet evenwel" enz. Dat in het proces-verbaal van het verhandelde der samengeroepen vereeniging van officiereu op den lS^en Eebruari 1859 aan die ver- eeniging eenen anderen naam gegeven is, dan in het journaal, wist ik niet. Ik heb geen deel gehad aan de inschrijving of opmaking

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1874 | | pagina 611