633
Hij heeft daarbij gelaakt eu geprezen, operatiëu, bevelen en han
delingen goedgekeurd en verworpenandere aan de hand gedaan enz.,
op eene wijze, zooals dat gewoonlijk alleen geschiedt door de erken
de, autoriteiten op het gebied van militair-historische critiek. Ook
hiertoe kon hem het recht niet ontzegd wordenmaar had hij ook
daartoe de bevoegdheid
Eer dat eenstemmig met ja! kan worden beantwoord, zal hij nog het be
wijs te leveren hebben, dat hem onder die autoriteiten eene plaats toekomt.
Het recht voor ieder, om zijn werk te bespreken, is zeker even
onbetwistbaarwantdoor den druk algemeen gemaaktis het in den
handel verkrijgbaar.
Van dat recht heb ik gebruik gemaakt, zonder ooit de grenzen
eener voegzame gedachtenwisseling te overschrijden, en mij daarbij
van alle personaliteiten onthouden.
Op meerdere, niet onbelangrijke onnauwkeurigheden heb ik gewe
zen, die niet tegengesproken zijn kunnen worden, maar slechts hier
en daar beantwoord zijn, bij wijze van afleider, met eenen aanval,
op hetgeen ik daarbij uit mijn geheugen ter neder schreef; op on
nauwkeurigheden, die gemakkelijk te vermijden waren geweest, en
ook hadden moeteu vermeden wordenal was het alleen uit achting
voor het Indische leger, waaraan de schrijver zijn werk opgedragen
heeft, vooral nadat hij niet zonder vertoon, in zijn voorwoord, blad
zijde XIII, een zeventiental bronnen heeft opgegeven, die hem bij
het samenstellen zijner geschiedenis ten dienste stonden, en waar
onder er waren, die, als hij ze had geraadpleegd, hem bijna alle
opgemerkte onnauwkeurigheden hadden kunnen doen vermijden.
Waar ik in mijn oordeel met den schrijver verschilde, heb ik dat
met bescheidenheid bekend gesteld, om de beslissing aan den zaak-
kundigen en opartijdigen lezer over te laten.
Nooit is het in mij opgekomenen dat heb ik reeds herhaaldelijk
gezegdeene critiek op zijn werk te leverenwant dan zoude ik het
getal van aangewezen onnauwkeurigheden beduidend hebben kunnen
vermeerderen, hetgeen achterwege gelaten is, omdat die mij voor
kwamen, van geen of van te weinig historisch belang te zijn.
Dat ik aan zijn werk blijvende waarde zoude hebben ontzegd, is
zeker het geval niet. Ik heb slechts de geschiedkundige waarde van
het le deel gewraakt, en voor mijn oordeel afdoende bewijzen aange
haald; doch ik heb overigens het vele goede, dat in des schrijvers
werk voorkomtniet over het hoofd gezien.