641
Metz geene groote strijdkrachten van den vijand meer te vinden
zouden zijn, maar dat zij zich in vollen aftocht naar de Maas, in
de richting van Verdun, bevonden. Overwegende, dat de vruchten
der overwinning van den 14™ eerst dan te plukken zouden zijn,
wanneer het gelukte, de Pransche Rhijn-armee van hare vereeniging
met de bij Chalons-sur-Marne bijeentrekkende macht weg te dringen,
werd aan de IIe armee bevolen, nog op den 16™ Augustus met
twee korpsen (het 3e en 10e), benevens de er aan toegevoegde beide
cavalerie-divisiën (de 5C en 6e) verder voort te rukken naar den weg
van Verdun. De 5e cavalerie-divisie was reeds op den 14™ de
Moezel bezuiden Metz, bij Pont-ü-Moussonovergetrokken en had
op den 15en de voeling met den vijand, althans diens ruiterij, ge
zocht en gevonden. Aan de overige legerafdeelingen der IIe armee
werd eene meer westelijke richting naar de Maas aangewezenterwijl
de le armee voorloopig eene waarnemende stelling naar de zijde van
Metztusschen Seille en Moezelop den rechteroever van deze
rivier behield, evenwel gereed staande om de IIe armee te volgen
en, zoo noodig, haar, inzonderheid haren rechtervleugel, krachtig te
ondersteunen. Mat de uitvoering van deze maatregelen verliep de
15e Augustus. Een van de zijde der Ic armee, in den nacht van
den 14™ op den 15™ beproefde coup de main tegen Thionville of
Diedenhofen, waarvoor de brigade van den generaal graaf Gneisenau
(regimenten 29 en 69) afgezonderd was, leed schipbreuk op de
waakzaamheid van den vijand. Niet gelukkiger was eene dergelijke
poging om de vesting op den 17™ met troepen van het 4e armee
korps te overrompelen. Zij berokkende den Duitschers zware ver
liezen.
Het Pransche leger had zijnen door den slag van Colombey af
gebroken marsch naar het westen op den 15™ weder hervat. In
den vroegen morgen van den 16™ Augustus verliet keizer Napoleon,
na het opperbevel in handen van den maarschalk Bazaine te hebben
nedergelegdde armee. Deze moest op dezen dag ook om vier uur
des ochtends haren terugtocht voortzetten. Terwijl de linkervleugel,
die de streek van Rezonville en Gravelotte bereikt haddaartoe
geheel gereed wasstond de rechter nog in het Moezendalten ge
volge waarvan de voortmarsch tot liet middaguur werd verschoven.
Terwijl de linkervleugel zijne tenten weder opsloeg en rust nam, en
officieren van den generalen staf juist bezig waren de wegen voor
het voortrukken der troepen vrij te maken en orde in de legertreinen