90
een grooten invloed. Een gemoedelijk onderzoek van de voornaam
ste karaktertrekken van den oorlog 187071 zoude vorderingen in
liet licht stellen, die von Moltke de strategische wetenschap heeft
doen maken, geholpen, gelijk hij was, door deze verdeeling van zijne
troepen voor den inval op vijandelijk gebied in legers, opereerende
op verschillende liniën (beginsel tot het laatste uur volgehouden),
terwijl de chefs van de staven door de etappen-commandanten
ontslagen waren van de zorg voor proviandeering, en door de gede-
l eg eer den van de zorg voor hunnen werkkring in Duitschland.
Om de macht der combinaties aan te toonen, voortgebracht met
deze reusachtige werktuigen, gehoorzamende aan een bekwaam en
vooruitziend chef, zal het voldoende zijn, de goed berekende bewe
gingen aan te halen, waardoor het Erausche leger van Metz om
deze vesting werd opgehouden door het eerste en tweede Duitsche
leger, terwijl de Pruisische Kroonprins met het derde gestadig de
vijandelijke flank omtrok, gereed elk oogenblik noordwaarts op te
rukken en den noodlottigen slag te slaan, die bij Gravelotte werd
toegebracht of wel de nog grooter operaties, die het derde en
vierde leger om Sedan bijeenbrachten.
Wij zullen ons een anderen keer bezig houden met de belangrijke
lessen, die de strategie en de taktiek uit het nieuw oorlogsstelsel
kunnen trekken. Vergenoegen wij ons voor het oogenblik met dit
kort onderzoek van de nieuwste en de meest volkomene organisatie,
die de wereld gekend heeft.
Wij leven in eene eeuw, waarin de vrede, gelijk Lord Howard,
de toelichter der stellingen van Cobden gezegd heeft, slechts een
wapenstilstand is. Wij mogen ons dus geluk wenschen, dat Enge
land een minister gevonden heeft, die het gewichtig vraagstuk der
organisatie van onze versnipperde strijdkrachten ter harte neemt.
Het bestaan van het Britsche Rijk moet niet afhangen van een en
kelen dobbelsteenworp der zeemacht.
P. S. Op alle trappen der militaire //hiërarchie" in Frankrijk is
sinds zestig jaren het gevoel van verantwoorlijkheid vernietigd.
//Gij meent" zeide de generaal Trochu in de Assemblee Nationale,
bij de beraadslagingen over de legerwet, //dat de kompagnieën gekotn-
mandeerd worden door kapiteins? Neen, door kolonels. Evenmin
zijn het de kolonels, die de regimenten commandeeren, maar de bri
gade-generaals. Eu zoo klimt het op tot den minister van oorlog