127
hadden. De oorlogsschepen ankerden dicht onder den wal in linie
van bataille. Met het aanbreken van den dag openden zij op den
linkeroever en het land bewesten kwaila Tjankoel een hevig en wel
gericht granaat- en kartetsvuurdat later onder stoom werd voort
gezet. Inmiddels namen het 14de en het rechter half 3de bataillon
in de sloepen plaats, om te debarkeeren, onder bedekking van de ge
wapende sloepenflotille, in twee divisiën verdeeld. Het schip, dat
het andere deel der 2de brigade aan boord had, bereikte, door eenige
averijde debarkementsplaats te laat om aan de beweging te kun
nen deel nemen.
Het vuur der schepen noopte den vijand zijne versterkingen te
verlaten.
Dat vuur was onbeantwoord gebleven, doch toen de sloepen tot
op geweerschot afstand onder den wal gekomen warenwerd door
den aan het oog onttrokken vijand een levendig geweervuur op de
onzen geopend. Mocht hierdoor al een oogenblik weifeling ontstaan
onder de sloeproeiers (koelies te Batavia als roeiers geengageerd)
het voorbeeld van den generaal-majoor Verspijck en een luid hoerrah
der troepen waren genoeg om die weifeling te overwinnen en met
vaste hand tegen 's vijands slecht gerichte schoten te doen inroeien.
Ten 9 uur bereikte een sectie van het 14de bataillon het eerst
den vijandelijken wal; deze snelde tegen den duinrand op, die den
vijand tot dekking diende, en weinige minuten later was die duin
rand beklommen door het geheele 14de en het rechter half 3de ba
taillon. De vijand had, na korten tegenstand en met achterlating
van 10 dooden, de wijk genomen.
Bij het aanbreken van den dag waren de ZeelandMetalen KrvAs,
Vice-admiraal KoopmanBorneo en jRiouw westwaarts gestoomd,
om de versterkingen tusschen kwalla Gighen en de Atjeh-rivier te
beschieten.
Naar het vastgestelde operatieplan zou men trachten langs het
strand tot de monding der Atjeh-rivier te komenvervolgens de
beide oevers dier rivier zoeken te bemachtigen en daarna, onder
gestadige medewerking der marine, langs de rivier den kraton zien
te bereiken.
Overeenkomstig dat plan zond de generaal-majoor Yerspijck on
middellijk het rechter half 3de bataillon, gevolgd door het rechter
half 14de, in westelijke richting langs het strand voorwaarts, terwijl
het linker half 14de bataillon in last kreeg eene lagune over te