139 krachtsontwikkeling van den geneeskundigen dienst, //waardoorzoo schreef hij, '/het zeer merkwaardig feit heeft plaats gehad. da,t te 12 uur 's middags, reeds 126 van de gewonde militairen, goed ver bonden, naar de ziekenschepen waren gebracht". Vroeger en later heeft de geneeskundigedienst zich bij de expeditie steeds den hoog- sten lof waardig gemaakt. Onze vestingartillerie, die den 6deu de operatiën had voorbereid door een krachtig vuur op den missigit, bleef, nadat deze vermeesterd was, voortdurend den kraton beschieten, van waar de veroverde stel lingen, nu eens meer, dan minder hevig, met kanon- en geweervuur bestookt werdenwat ons de eerstvolgende dagen een verlies aan gewonden berokkende van 4 officieren en een 15tal minderen. Aan vulling der geleden verliezen was dringend noodigen dit deed den opperbevelhebber besluiten een deel der 1ste brigade (het 2de bataillon) uit Padang te ontbieden. Nog den 6<ten Januari werd een aanvang gemaakt met de ver betering der gemeenschap tusschen het dien dag genomen voorwerk van den kraton en het bivouac te Penajoeng, tot welken arbeid alle beschikbare genietroepen werden gebezigd. Eene gierbrug, die reeds den volgenden morgen gereed was, verbond ter hoogte dier leger plaats de beide Atjeh-oevers, en van daar werd een breede kolon- neweg naar den missigit aangelegd. Zoodra deze genoegzaam vol tooid was, werd een deel der vesting-artillerie naar die sterkte overgebracht, waar nu eene bresbatterij tegen den kraton werd gebouwd- Door het aanleggen van traversen en het zooveel mogelijk raseeren van het omliggend terrein werd inmiddels de bezetting van den mis sigit gedekt tegen het vuur uit den kraton en gevrijwaard tegen onverhoedsche aanvallen van den vijand. Meer dan eens trachtte deze offensief te werk te gaanonder anderen in den nacht van 9 op 10 Januari, toen hij, onder luid geschreeuw naar den missigit oprukkende, evenwel door het vuur der artillerie en het snelvuur der Beaumont-geweren al zeer spoedig gedwongen werd naar den kraton terug te keeren. Juist die nacht was bestemd geworden voor eene poging om den kraton bij verras sing te nemen. Den vorigen dag namelijk was eene sluippatrouille zoo ver doorgedrongen, zonder door den vijand te worden bemerkt, dat het scheen als of men te denken had aan gebrekkige waakzaamheid van de bezetting in die sterkte. Men mocht dus niet verzuimen te beproeven of men zich door een nachtelijken coup-de-main de achte-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 146