I-IET INCOMPLEET AAN OFFICIEREN. Het incompleet aan officieren bij het Indische leger wordt onrust barend; het zal, naar onze overtuiging, in de eerstvolgende jaren nog belangrijker worden, en wel: a. omdat in 1875 vele uit Nederland gedetacheerde officieren der waarts terugkeeren b. de militaire academie te Breda nagenoeg geene kadetten voor Indië immers in verhouding tot het benoodigde aantal telt c. de militaire school te Meester-Cornelisdie eenige jaren gele den hare leerlingen overeenkomstig de formatie (116) voltallig had en dus, bij een 2-jarigen cursus, jaarlijks een 50-tal officieren kon opleveren, thans, bij een 3-jarigen cursus, slechts circa 60 leerlingen telt en jaarlijks dus nog geen 20 officieren, voor de infanterie, ka- vallerie en mil. adm. te zamen kan schenken d. door het zooveel zwaarder geworden officiersexamen nagenoeg geen aspiranten van de korpsen meer te verwachten zijn e. de expeditie tegen Atjeh vele officieren heeft gekost en ver moedelijk nog kosten zalmenig goed officier ongeschikt zal maken voor den dienst; f. van het Nederlandsche leger minder te verwachten is dan vroe ger, nu ook daar incompleet bestaat, de bevorderingskans en de be zoldiging veel beter is dan eenige jaren geleden en dus geen onder officier of officier meer, evenals vroeger, min of meer door den nood gedwongen isbij ons leger over te gaan g. eene uitbreiding van het legerook in verband met de voor Atjeh benoodigde troepenmacht, onmogelijk achterwege kan blijven; terwijl eindelijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 16