21 van de veroordeelden,, die gebezigd werden bij bet aanleggen van den weg van Soemberwaroe naar Badjoeimati. De oorlog met Atjeh heeft de uitvoering van het Koninklijk besluit van 9 Januarij 1873 no. 2, betreffende eene reorganisatie van het garnizoens-bataillon op Sumatra's Westkust, vooralsnog niet toegelaten. Na de vaststelling der begrooting voor 1874 zijn dadelijk voor bereidselen gemaakt tot de oprichting van het 18de veldbafaillon op Java en tot de reorganisatie van het regiment Indische cavalerie. Bij het einde des jaars was de gezamenlijke troepenmacht op de West- en de Oostkust van Sumatra nog tijdelijk boven de formatie uitgebreid, hoewel een groot gedeelte der naar Deli gezonden troepen reeds in de maand October naar Batavia was teruggekeurd. Tot tijdelijke versterking der militaire macht iii Benkoelen zijn in de maand September eenig compagniën infanterie van Batavia en Pa- dang derwaarts gezonden. Van de in Maart 1873 door het Opperbestuur verleende machti ging om, bij wijze van proefmet tijdelijke afwijking, doch zonder uitbreiding van de formatie bij de Amboinesche, Afrikaansche en inlandsche compagniën fourriers van die landaarden te doen aanstel len en om ook op nadèr te regelen voorwaarden het sclirijversper- soneel voor een gedeelte uit Amboinezeninlanders en in Indië ge boren afstammelingen van Afrikanen te doen bestaan, is in 1873 in zooverre gebruik gemaakt, dat één Amboineesch militair tot fourrier werd aangesteld. De gelegenheid heeft zich dus nog niet voorgedaan om over de werking van dezen maatregel een afdoend oordeel uit te spreken. De soldij van de Amboinesche fourriers en schrijvers is gelijk gesteld met die van de sergeants van dien landaard; die van de Afrikaansche en inlandsche fourriers en schrijvers met cavale- riesoldij. Aanvulling en verliezen. Gedurende 1873 werden bij het Indisch leger opgenomen 55 in Nederland benoemde officieren, namelijk 18 der infanterie, 1 der kavallerie, 18 der artillerie, 2 der genie, 7 der militaire administratie, 13 officieren van gezondheid en 3 mili taire apothekers; 18 dezer officieren waren afkomstig van. de Ko ninklijke Militaire Academie te Breda, 5 behoorden tot de militaire administratie der marine, 4 officieren van gezondheid genoten hunne opleiding aan de kweekschool te Amsterdam, en de apothekers aan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 28