345 De formatie, zoo aan Europeanen als inlanders, is een uiterst minimum en kan niet zonder nadeel ten aanzien van een der beide categoriën verminderd worden. De minister toont aan dat, in totaalop 1° November 1874 circa 3000 man meer bij liet Indische leger aanwezig waren dan op 1° No vember 1872. Tevens deelt de Minister mede, dat de sterkte van het bezettingsleger in Atjeh 6000 man bedraagt. Alzoo bestaat er. in totaal een incompleet op de gewone legerformatie (die niet op de behoefte van een oorlog met Atjeh, maar alleen op de hand having van orde en rust in de reeds aan ons gezag onderworpen gewesten is gegrond) van 3000 man; een incompleet, dat grooten- deels zoo niet geheel, op het Europeesch gedeelte des legers drukt, en van lieverlede grooter dreigt te worden. Maar bovendien is bet bekend, dat duizende manschappen, van Atjeh geëvacueerd, wèl in de sterkte des legers tellen, maar tijdelijk ongeschikt zijn voor den inspannenden dienst te velde. Zij herstellen grootendeelsdoch hunne plaats als tijdelijke non-valeurs wordt voort durend weder door anderen ingenomen. Feitelijk bestaat dus groot incompleet. De Minister geeft eenige cijfers van te Atjeh overleden militairen van Augustus tot Februari jl. Wij zijn in staat, die cijfers nog eenigszins aan te vullen. Yan 1 Mei 1874 tot ultimo April 1875 zijn te Atjeh-zelf overleden 656 Europeesche militairen, op eene gemiddelde sterkte van ongeveer 2500. Het is waar, dat de cholera tot die groote sterfte een belangrijk contingent heeft ge leverd, maar wie waarborgt onsdat zij thans voor goed verdwenen in? Hoeveel der geëvacueerden overleden zijn, is ons niet bekend, doch zeker is dat cijfer veel grooter dan door den Minister is opge geven. Hoevele militairen zijn niet gedurende de reis van Atjeh naar Padang of naar Batavia over boord gezetHoevelen stierven nog ter Sumatra's westkust of op Java? //Er zijn, sedert het einde der tweede expeditie, tot 20 Maart 1875 in het geheel overleden 161 man van degenen die uit Atjeh zijn geëvacueerd", zegt de Minister. Indien onze iuformatiën juist zijn en wij hebben alle reden om ze als zoodanig te beschouwen wordt met dat cijfer van 161 man alleen bedoeld het aantal overledenen op Javaen zijn daaronder niet begrepen zij, die aan boord of ter Sumatra's Westkust gestorven zijn, en wier aantal zonder eenigen wijfel veel grooter is. Er zijn schepen geweestdie op een trans-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 352