360
De verliezendoor den vijand bij die drie aanvallen geleden moe
ten zeer aanzienlijk zijn gevreest.
Alleen het aantal achtergelaten dooden bedroeg 27.
De kampong Kotta Djoerong, uit twee huizen bestaandewerd nu
binnengetrokken en deze, met de daar aanwezige versterkingdoor de
laatste sectie der achterwacht verbrand.
De marsch werd daarop naar Laomargo voortgezet; in de nabij
heid van die kampong gekomen vond men het voetpad weder versperd,
waarop links een weg gekapt werd.
Het eigenlijke voetpad was vlak voor de kampong ter lengte van
omstreeks acht meters niet versperd, maar, zooals later bleek, bij
den rand van het bosch met randjoe's beplant; de voorwacht trok
nu links het bosch in om te trachten de kampong te omtrekken,
terwijl de houwitser en de mortier in batterij werden geplaatst.
De luitenant-adjudant verkende met drie man de kampong in het
front, vond die onbezet, en rapporteerde dit aan den Chef der expedi
tie, die onmiddellijk bevel gaf voorwaarts te marcheeren, zelf voor
uitging en daarop dadelijk door een buikrandjoe in het linkerbeen
gewond werd; eenige manschappen werden nu belast, de randjoes
uit te trekken, waarop de kolonne de versterking en kampong (vijf
huizen) kon binnentrekken.
De versterking had de vorm van een gebastioneerd front en lag in
een rij klapperboomen, terwijl bij iederen boom de richting der vuurlijn
veranderde.
Het was intusschen 3£ uur geworden, waarom de Chef der expe
ditie, na geinformeerd te hebben, of er verder op ook nog kampongs
of ladangs om te bivakkeeren waren, waarop ontkennend geantwoord
werd, besloot hier het bivouac op te slaan.
Dadelijk werd daartoe het noodige verricht; het verdere gedeelte
van den dag, zoomede de nacht, werden rustig doorgebracht.
Den volgenden ochtend werd ten 4 ure reveille gehouden, daar
men vernomen had dit de vijand het liefst aanvallen in den ochtend
stond deedten 5f ure de marsch voortgezet.
Om 7 uur werd een ladang bereikt, waar men eene versperring had
gemaakt; de daar aanwezige huizen waren echter ledig; evenzoo die
op de volgende ladangs.
Om 9 uur werd de kampong Rimboen bereikt, waar een versterkt
huis stond, dat verbrand werd. Twee uren later kwam de kolonne
aan de Soengei Behilon.