427
durende den tweeden Engelschen oorlog kwam het denkbeeld tot ver
wezenlijking, om de landsoldaten door eigenlijke mariniers te doen
vervangen; dat denkbeeld was niet nieuw en reeds in 1627 geop
perd. Dertig jaren later in 1659 .deed de Raad van State aan
H. H. M. de Staten-Generaal het voorstel, om een getal van minstens
6000 bootsgezellen in vasten dienst te nemen, die verplicht zouden
zijn, ten allen tijde, hetzij te land of te water, den lande te dienen.
Aan dat voorstel werd een ander toegevoegd, namelijk om een re
giment of althans eenige kompagniën van de militie te land in de
voornaamste zee- of handelsteden in bezetting te leggen en uitsluitend
voor den dienst op de oorlogsschepen der Republiek te bestemmen. De
bezwarenwelke zich tijdens den eersten Engelschen oorlog hadden
voorgedaan in het bekomen van eene voldoende bemanning voor
's lands vloot, en de gebrekkige maatregel dien men later in praktijk
bracht om haar zelfs'met gepreste ledelaars aan te vullen, de tweeslachtige
bestemming der landsoldaten aan boord der schepen die zich niet
alleen met het schietgeweer en in den wapenhandel moesten oefenen,
zij tevens matrozendienst in de marsen en op het dek verrichten
en de nieuwe en sprekende bewijzen voor de ongeschiktheid der land
soldaten, ook gedurende dien oorlog, voor den zeedienst; dit alles
bewoog den Raad van State, dat voorstel te doen. De aanneming van
het tweeledige voorstel had ten gevolge kunnen hebben, dat de vloot
bij het uitbreken van den tweeden Engelschen oorlog over een kern
geoefende zeelieden en geschikte soldaten zou hebben te beschikken;
zij vond evenwel tegenkanting, vooral van de zijde der admiraliteit
van Amsterdam, een deskundig kollegie alzoo, dat kleingeestig ge
noeg was, in de aanneming van het voorstel eene verkorting te zien
van zijne rechten en vrijheden. De kwestie zelve kwam echter hier
door niet in den doofpot, maar slechts in den papieren draaimolen;
eene taktiek, die ook onze voorvaderlijke autoriteiten meesterlijk wis
ten toe te passenwaar het gold de afdoening van belangrijke aan
gelegenheden op de lange baan te schuiven, wanneer er periculen
waren, dat er geld moest worden besteed. Zij werd kort voor het uitbre
ken van den tweeden Engelschen oorlog op aandrang van de provincie
Holland te berde gebrachtdoch stuitte wederom af op overwegingen
van geldelijken aard. Maar het doel-, 's lands vloot van bekwaam
bootsvolk en goede soldaten te voorzien, werd zonder de oprich
ting van een vast korps zeelieden toch bereikt, door de bekrach
tiging van het ontwerp tot in dienst stellingboven de formatie van
