429
voorkoming van meer ongeregeldheden, dat op de schepen der vlag
officieren de soldaten de marine door hunne eigene kapiteins en
luitenants, en op de overige schepen van oorlog door luitenants
zouden gekommandeerd wordenwaartoe de meest bekwame officieren
der landmacht werden bestemd. Ter betere handhaving der krijgs
tucht onder de mariniers aan boord der schepen en om voor eene
richtige administratie van het regiment de marine te doen zorgen,
werden twee kolonels en twee luitenaut-kolonels bij dit korps aan
gesteld, die de zeetochten mede moesten maken; en, ten einde hun
eene positie te geven tegenover de hoofdofficieren der marine, werden
zij als adviseurs toegevoegd aan de afgevaardigden van H. H. M.
op 's lands vloot.
De provincie Hollandvoorgelicht door haren uitstekenden raad
pensionaris J. De Witt, oordeelde deze verbeteringen niet voldoende.
De ondervinding had het niet alleen bewezen, met hoevele bezwaren
de verdeeling der mariniers over de verschillende kompagniën van
het krijgsvolk te land plaats vond, maar tevens hoe nadeelig deze or
ganisatie der zee-troepen voor den dienst was. De staten van Hol
land besloten daaromdat de in hunne soldij staande mariniers af
gedankt zouden worden en hiervoor zou worden opgericht een regi
ment scheepssoldaten dat met zijne eigene officieren, in vaste kom
pagniën verdeeld, e'én korps zou uitmaken. De kolonel, luitenant
kolonel, majoor en overige officieren van het regiment waren ver
plicht alle zeetochten bij te wonen en het kommando over hunne
manschappen aan boord der schepen naar krijgsgebruik te voeren.
Op zee zijnde, waren allen aan de krijgswetten van het scheepsvolk
onderworpen en werden zij voor hoofdmisdaden door den grooten
krijgsraad gevonnisd. Het marine-regiment van Holland was uitslui
tend voor den zeedienst bestemd; de manschappen er van waren ge
houden allerlei scheepswerk te verrichten. Werden de laatsten niet
aan boord van de schepen ingedeeld, dan hielden zij garnizoen
in aan zee gelegen plaatsen. Met het kommando van het korps werd
de kolonel J. Van Genth belast, die zich eerst in deze betrek
king en later als luitenant-admiraal een wel verdienden roem heeft
verworven. In 1666 werd dit korps door Holland met 20 kompagniën
vermeerderd en de sterkte der marine-troepen op twee regimenten
gebracht.
Zeeland en ^Friesland behielden de organisatie en sterkte van hunne
m 1664 in dienst gestelde troupes de marine. In 1667 werd het