435 voor een gedeelte weder ingescheepte mariniers op de vloot, liet regiment van den kolonel Palin woonde in 1674 voor het grootste gedeelte het beleg van Naarden bij; hier was het,'dat die dap pere zeesoldaten, onder aanvoering van hun onversaagden regiments- kommaudaut, des nachts, onder een hagelbui van kogels, de contre- escarp der vesting met groote onstuimigheid aanvielende palissa deering doorkapten en, na een tegenstand van drie uren, met be hulp van andere troepen, binnendrongen, het ravelijn vermeesterden en den volgenden dag den weg baanden voor de verovering der ves ting. Ook elders in het binnenland bewezen onze zeetroepen goede diensten in de bestrijding van den vijand en de herovering van de door dezen bezette plaatsen. Bij de vermeestering van de aan den Dollart gelegen Akkerschans, door den luitenant-generaal Rabenhaupt, waren ook de marine-troepen krachtdadig werkzaam en ondersteunden zij de onderneming door het aan wal brengen van matrozen. Bij ondernemingen van dergelijken aard, meldt de geschiedenis, was de stoutheid onzer marine-troepen zeer groot; doch niet altijd ging die stoutheid met een gelukkig slagen gepaard. Zoo mislukte eene poging om Zwartsluis ten derden male te nemen, omdat de ondersteuning van de landzijde onvoldoende was. Ook buiten het Vaderland gebruikte men de mariniers. Op het door de provincie Zeeland uitgerust eskader, onder C. Evertsen, dat op het einde van 1672 naar Amerika werd gezonden om de Fran- sche bezittingen aldaar aan te tasten, bevonden zich 150 mariniers onder den kapitein Colve, om als landingstroepen te worden benut. Eene poging om het eiland Martinique, in vereeniging met een ander Nederlandsch smaldeel onder Binckes, te bemachtigen, mis lukte; maar St. Eustatius, dat door de Engelschen bezet was, werd door een landingskorps van 600 man veroverd. Toen zetten de beide eskaders koers naar Nieuw-Nederland, en New-York door de mariniers en zeetroepen van beide eskaders, onder Colve, genomen en bezet. Be aanval op Martinique werd in 1674 herhaald, doch niet met den gelukkigen uitslag bekroond, welken men zich daar van voorgesteld had. De mariniers van het eskader van Binckes veroverden, onder de kapiteins De Glarges en Tindel, in 1676 Cayenne en daarna Tabago. Doch laat ons meer onze aandacht wijden aan de tweede mislukte onderneming tegen Martinique. Op de vloot, die in 1674 moest uitloopen, zouden 10 regimenten voetvolk, ter sterkte van 10680 man, worden ingescheept. Het opperbevel over

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 442