452
center- en 1 dépöt-kompagnie, ter gezamenlijke sterkte van 30 offi
cieren en 912 onderofficieren en manschappen. Deze organisatie bleef
bestaan tot 1817, toen de door het departement van oorlog aangewezen
weg werd verlaten en het Jcorps mariniers uit 94 officieren en 2316
minderen moest bestaan, verdeeld in 4 divisiën en 1 dépot. Een
zee-officier werd kommandant van het korps, omdat het departement
van marine bevreesd wasdat, wanneer het te veel op de leest van het
leger werd georganiseerd, het korps niet aan zijne bestemming zou
voldoen en meer een troep infanterie blijven. Doch de reorganisatie
van 1817 was slechts eene organisatie op papierdie feitelijk nooit
bestaan heeft. Voorloopig zou het korps bestaan uit eene sterkte
van 2 divisiënelk van 4 kompagniënmet eene dépöt-kompagnie
50 officieren en 1158 minderen in't geheel. In 1821 onderging
het korps eene vermindering, in 1832 eene vermeerdering, toen het
op eene totale sterkte van 1500 man werd gebracht. Eerst in 1844
werd besloten, de voorloopige reorganisatie van 1817 tot eene defi
nitieve te makenmaar de bezuinigingswoede van 1848 en 1849
verminderde het korps van 50 officieren en 1506 minderen tot 37
officieren en 1487 minderen. Dan, ook deze samenstelling was niet
van langen duur. In 1852 werd het aantal officieren met 4 vermeer
derd en van toen af eene trapsgewijze vermeerdering van het korps
weder op den voorgrond geplaatst. Deze kwam in 1853 werkelijk
tot stand, toen het korps, in een staf, een dépot en 5 kompagniën
verdeeld, ter sterkte van 41 officieren en 1547 minderen werd ge
bracht. In 1856 en later in 1859 werd het korps met eene kom-
pagnie vermeerderd. In 1868 bedroeg de sterkte van het korps
mariniers 49 officieren; en 2104 minderen en op 1 Januari 1875 was
de organieke sterkte van den staf, het dépot en de 7 kompagniën
van het korps:
51 officieren en
2119 onderofficieren en manschappen
Totaal 2170 man.
Hiervan ontbraken op 1 Januari 1875 tot kompleet:
4 officieren en
275 onderofficieren en manschappen,
Total...279 man.
Het zijn allen vrijwilligers, die in Amsterdam, het Nieuwe diep