517
Yon Werder tot een krachtig aangrijpen van de vijandelijke marsch-
colonnes, die hem de linkerflank toonden. Partij trekkende van het
daardoor den vijand berokkende tijdverlies, kou men hopen nog bij
tijds de voorbereide stellingen bij Belfort binnen te rukken.
De aanvaller stiet den 9dei1 Januari in den omtrek van Yillersexel
op afdeelingen van drie verschillende korpsen onder persoonlijke aan
voering van Bourbaki. De voornamelijk om het bezit van de stad
Yillersexel zich ontwikkelende worsteling behoort tot de handnekkigste
en meest verbitterde van den geheelen oorlogzij eindigde eerst om
twaalf uur des nachts met de volslagen nederlaag van den vijand,
nadat het brandende, met tal van gekwetsten gevuld kasteel ingestort
was. De verliezen waren aan beide zijden zeer aanmerkelijk, maar
het doel van den dag was ten volle bereikt. Bourbaki 's marsch was
belemmerd geworden; hij kon Belfort niet meer vroeger bereiken
dat aan Yon Werder's troepen mooglijk was. Reeds den 11 Januari
bezetten deze na een versnelden marsch, die bij spiegelgladde wegen
en hooge sneeuw bijzonder bezwarend was, de aangewezene stellingen.
Den dag te voren ontving generaal Von Werder, beuevens nieuwe
instructies, uit het hoofdkwartier de tijding, dat generaal Manteufiel
het opperbevel over de nieuw gevormde zuiderarmee (2e 7e en 14e
korps) had overgenomentot den dag der feitelijke overneming zou
evenwel de eerste de operaties van zijn korps zelfstandig blijven leiden
boven alles was de dekking van het beleg van Belfort zijne hoofdtaak.
De door generaal Yon Werder gekozene defensieve stelling beant
woordde niet alleen aan dit doel, maar dekte te gelijk den Elzas en Zuid-
Duitschland. In het front afgebakend door de Lisaine, leunde de lin
kerflank tegen de Allaine en het evenwijdig hieraan loopende kanaal
dat den Rijn met de Rhone verbindt. De linkervleugel vond in
het oude versterkte kasteel Montbéliard ook een steunpunt van hooge
waarde. De Lisaine is eene beek van drie tot vier voeten diepte,
met moerassige grasvelden aan weerszijden, en vormt over eene lengte
van anderhalve Duitsche mijl de eigenlijke verdedigingslijn. De tot
bezetting van dat uitgestrekt vak beschikbare sterkte van slechts acht
en veertig zwakke bataljons scheen te meer ontoereikend, omdat het
boschachtigevan ravijnen doorsneden terrein de beweging van reser
ves binneii de stelling zeer moeilijk maakte. Van den nog voorhan
den tijd vóór de verschijning van den vijand in het front werd zoo
vee! mogelijk partij getrokken tot versterking van de stelling. Het
belegeringskorps had alle ontbeerlijke troepen ter beschikking gesteld