519
werden gemaakt. De worsteling van negen uren eindigde daarmede,
dat de aanval over de geheele linie afgeslagen werdde met groote
dapperheid strijdende Fransche infanterie had inzonderheid door het
artillerievuur sterke verliezen geleden. De stelling van den generaal
Von Werder, die den slag gedeeltelijk met behulp van den telegraaf
ingeleid had, was op geene enkele plek doorgebroken geworden. De
troepen bivakkeerden waar zij gevochten hadden, meest zonder hout
en stroo; wegens de nabijheid van den vijand mocht geen vuur
worden aangemaakt; de koude bereikte den thermometerstand van
16o E.
Met het aanbreken van den 16eu hadden alle troepen weder hunne
gevechtsstelling betrokkeneen dichte nevel bedekte het daleerst
tegen den middag kon de artillerie werkzaam optreden.
Eeeds tegen half acht des morgens ontbrandde weder over de ge
heele linie een hevig infanterievuurwederom trachtte de vijand,
maar te vergeefs, in het centrum en op den linkervleugel door te
breken; voornamelijk deed hij wanhopige pogingen om het met zwaar
geschut gewapende slot Montbéliard machtig te worden. Tegen vijf
uur doofde het vuur van den strijd uit; plotseling tegen acht uur des
avonds barstte hij, bij volslagen duisternis, over het geheele front nog
eens met ongewone heftigheid uit. De vijand beproefde de over dag te
vergeefs aangevallen stellingen door nachtelijke overrompeling meester
te worden. Het was twee uur in den morgen, vóórdat de kamp
aan den linkervleugel een einde nam overal was de aanvaller hier
en in het zwaar bedreigde centrum, bij Héricourt, schitterend afge
slagen geworden. Bedenkelijker was op dezen dag de toestand van
den slechts zwak bezetten rechtervleugel geweest. Hier had de ge
neraal Degenfeld tegenover twee divisiën van Cremer en het acht
tiende korps slechts drie bataljons en drie batterijen kunnen over-
stellen; hij was tegen den avond gedwongen geworden de taai ver
dedigde dorpen Chenebier en Frahier aan den vijand te laten en op
eene in den rug gelegene, hiertoe reeds voorbereide heuvelstelling
terug te trekken. Maar de vijand volgde niet; eerst de duisternis
maakte hier aan de tien uren lang, met roemrijke dapperheid voort
gezette worsteling van de kleine schaar tegen de verpletterende over
macht een einde.
Steeds bleef de toestand, in afwachting van nieuwe aanvallen op den
volgenden dag, kritisch; reserven had generaal Von Werder niet meer
beschikbaar. Gelukte het den vijand, op den rechtervleugel of in het