520 centrum, bij Héricourtdoor te breken, dan was Belfort bevrijd en het veertiende korps vernietigd. Nog in den nacht deed generaal Treskow, tot versterking van den meest bedreigden rechtervleugel, drie vier-en-twintig-ponders uit de belegeringsbatterijen met menschen- handen van Belfort aanvoeren. Om een nieuwen vijandelijken aanval te voorkomen, werd besloten den vijand nog des nachts in de door hem genomene stellingen overrompelend aan te vallen. Het overval len gelukte volkomen; tal van gevangenen in handen van den over winnaar achterlatende, weken de vijandelijke bataljons in blinde vlucht terug. Ook in de bosschen voor het front kwam het in de duister nis nog tot hevige worstelingenwaarbij man tegen man in zware vuistgevechten werd gewikkeld. De aanvallen op den derden dag hadden weder voornamelijk Mont- béliard ten doel, maar werden, gelijk op de vorige dagen, bloedig afgewezen. Tegen den middag werd eene verlamming van den vijan delijken aanval duidelijk merkbaar; de troepen voor het front ver minderden in aantal; men zag colonnes in westelijke richting aftrek ken; op vele punten werden door den vijand loopgraven voor scherp schutters opgeworpen en andere verdedigingsmaatregelen getroffen. Alleen de artillerie zette den kamp nog tot het einde van den dag voort. Ook op dezen dag hadden alzoo de dappere bataljons van den generaal Von Werder zich weder zegevierend in alle stellingen ge handhaafd. De vesting Belfort was gedurende de drie gevechtsdagen, ofschoon de kanonnendonder de bezetting onafgebroken in de ooren moest dringen, ten eenemale werkeloos gebleven. In den nacht van den 17llen op den 18tlen Januari viel er aan den aftocht van aanzienlijke vijandelijke massa's niet meer te twijfelen; onmiddellijk werd de vraag van onverwijlde vervolging in overweging genomen, maar een opbreken met de gezamenlijke strijdkrachten tot een aanval op den verschansten en in getalsterkte veel machtiger te genstander zoude verliezen na zich gesleept hebben, die door de te verwachten voordeelen in het geheel niet werden opgewogen. Feite lijk ware op den 18den en ltDen Januari eene vervolging door het geheele korps ook om andere redenen onmooglijk geweest. De in spanningen der laatste dagen waren bijna bovenmenschelijk; enkele bataljons hadden den geheelen dag gevochten en waren des nachts naar andere punten der stelling gemarcheerd; twee derden hadden des nachts onder de wapenen gestaanalle troepen bijna zonder onder-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 527