542
wasde hierboven gesproken woorden op het voetstuk van het stand
beeld te laten vereeuwigen protesteerden de zonen van den gene
raal Michel tegen dat voornemen, daarbij aanvoerende, dat hun va
der toen de meerdere in rang van Cambronne in stede van ge
hoor te verleenen aan het hem van Engelsche zijde gedaan verzoek
om zich over te geven, dat nakwam, door zich aan de spits der
grenadiers van de oude garde te laten dooden. Bij dat protest
legden zij een, in den strengsten zin des woords, zeer overwegend
bewijsstuk over, namelijk een steen van het graf van Napoleon I op
St. Helena, met de daarop van den generaal Bertrand afkomstige
inskriptie//Gewijd aan de baronesse Michel, weduwe van den bij
Waterloo gevallen generaal Michel; waar hij de aansporing des vijands,
om zich over te geven, beantwoordde met den fleren uitroepLa
garde meurt, elle ne se rend pas."
In eene zeer lezenswaardige verhandeling over den slag bij Wa
terloo van den kolonel Graaf Gustave De Pontécoulant, voormalig
officier der Keizerlijke garde, die gedurende den ganschen veldtocht
in de omgeving van Napoleon is geweest, vindt men opgeteekend:
//Op den heuvel van Planchenoit, waar een der aanvoerders van de
oude garde, generaal Michel, door vijanden omringd en aangeroepen
de wapens neder te leggen, was het, dat deze die gedenkwaardige
woorden liet hooren//La garde meurtelle ne se rend pas.
Eene indirekte bevestiging van het gebeurde vindt men ook in
het aandoenlijk relaas van den slag door Achille De Vaulabelle, die
tot de meest konscientieuse historieschrijvers der Napoleontische
oorlogen behoort. Deze beschrijft de toedracht der zaak aldus:
//Ofschoon van alle kanten aangevallen, kon geen schok haar aan het
wankelen brengen; hare buitengewoon gedunde gelederen sloten zich
steeds weer aan. Het verzoek om zich over te geven, werd door
Cambronne van de hand gewezennoch hijnoch zijne soldaten wil
den hunne nederlaag overleven. Hij geeft last tot den aanval, de
grenadier vellen het geweer; voor de laatste maal weergalmt de kreet
//Vive l'empereur"! en voorwaarts gaat het tegen de meest aaneen
gesloten vijandelijke gelederen. Vreeselijk was de schok in het eerste
oogenblik week alles terug voor die heldhaftige phalanx. Maar slechts
al te kort duurde haar aanloop; door de overmacht omvat en ge
smoord, werd het bataillon vernietigd. Eenige der voor dood op het
slagveld achtergelaten dapperen werden den volgenden dag door land
lieden opgenomen en verpleegd. Onder hen bevond zich Cambronne,