51 dan althans, met inbegrip van den generaal-majoorchef der IIe afdee- ling van het Departement van Oorlog, vijf generaals-majoor zouden zijn. Kolonels vinden, behalve als chef van den generaleu staf, chefs van de kavallerie, de artillerie en de genie, een ruimen werkkring als militaire kommandant van Willem I, van Atjeh, Palembang en Benkoelen, Borneo's Westkust, Borneo's Zuid-en Oostkust, Celebes en onderhoorigheden en de Moluksche eilanden. Alzoo in totaal elf kolonels, waaruit de generaals gekozen kunnen worden; eene verhoudingdie ruimschoots zou toelaten het aantal der laatsten nog te vermeerderen en o. a.evenals in Nederland en andere landen den chef van den generaleu staf en den chefs van wapens en dien sten ouder zekere voorwaarden den generaalsrang toe te kennen. Wanneer men dan al verder het aantal luitenant-kolonels en ma joors even groot maakte, omdat hun werkkring over 't algemeen dezelfde blijft en het hier dus meer geldt eene klassenverdeling der lagere hoofdofficieren met het oog op tractement en pensioen, dan zou, zonder overmatige hoogere uitgaven en in het werkelijk belang van den dienst, veel verbetering aangebracht zijn. Men kan een uitstekend generaal, een uitstekend expeditiekom- mandant zijn, zonder daarom nog geschikt te zijn voor de meer administrative betrekking van lègerkommandant. Er moet dus eenigs- zins ruime keus zijn, om het opperbestuur in staat te stellen voor die betrekking steeds iemand te kunnen benoemen, die daartoe in alle opzichten geschikt is. /■/Men heeft", zegt de heer Storm//buiten den legerkommandant, bij het Indische leger twee generaals in Indië en een hier te lande". Hier plaatsen wij een vraagteeken. Het Indische leger kan geen generaal in de formatie hebben die in Nederland is. Den generaal- majoor, adjudant des konings in gewonen dienst, die a la suite van het Indische leger geplaatst is, kan de heer Storm niet bedoeld hebbenwant dan had hij ook Z. K. H. den Prins van Oranje niet mogen vergeten, die evenzeer tot ons leger behoort. In Nederland heeft men kolonels, regimentskommandanten. Wij hebben hier niets tegenmaar volgens het stelsel van den heer Storm zouden dit zeer goed luitenant-kolonels kunnen zijn, mits men de bataillonskommandanten allen majoor laat wezen. Dit zou bezuiniging geven! Waarom geschiedt dat dan niet? In het belang der bevor dering, in het belang van den goeden geest onder de Nederlandsche officieren. Dit belang weegt bij de legers in alle landen. Zonder

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 58