583
waar men ze bezigt. Zoo de paarden eenige onrust aan den dag leggen
bij het zien van olifanten, gaat deze onrust spoedig over. Wij gc-
looven niet, dat de Eransche paarden meer vatbaar zijn voor indruk
ken dan de Engelsche of die van Karthago en Rome. De hooge
gestalte van den olifant is evenmin een bezwaar, er is geen stads-
of kazerne-poort, waar hij niet door kan, want hij beslaat minder
plaats dan die met hooi beladen wagens, die men onze cavalerie-wijken
ziet binnenrijden.
Men wane niet, dat het paard het eenige dier is, waarvan men
ooit partij getrokken heeft in den oorlog. Herinneren wij, om bij
de nieuwere geschiedenis en bij die van het Eransche leger te blijven,
verschillende omstandighedenwaarin men als boudgenooten dieren
gebruikt heeft, die in gelijke mate als de olifant een zonderlingen
indruk te weeg brengen. Bij voorbeeld: de dromedaris. In den veld
tocht in Egypte had de generaal Bonaparte het denkbeeld, een korps
dromadairerie op te richten, ten einde de niet onderworpen Arabieren
tot in de woestijn te vervolgen. Het ontwerp deed tegenwerpingen rij
zen: kon men dromedarissen africhten voor de manoeuvres, ze wennen
aan het geraas der schoten, onze soldaten oefenen in deze nieuwe
rijkunst? Zoo het ontwerp afkomstig geweest was van officieren van
lageren rang, zou het zeker niet tot uitvoering zijn gekomen, maar
het ontsproot uit den opperbevelhebber, en uit iemand, die wist te
willen. De generaal Bonaparte maakte zelf gebruik van dit rijdier
in zijne tochten door den woestijn. Bij een besluit van 20 Nivöse
van het jaar VII schiep hij een regiment dromedarissen van twee
escadrons, elk van vier compagnieën. Dit nieuwe korps werd gesteld
onder de bevelen van den brigade-chef Cavalier, een afstammeling
van den beroemden protestant van dien naamen bewees dadelijk
groote diensten.
De dromedaris overtreft het paard in het loopeu eu kan tot dertig
lieues achtereen afleggen. Door de snelheid van zijn loop kon men tot
in de woestijn de niet onderworpen stammen bereiken, die het door onze
troepen bezette grondgebied kwamen plunderen. Bij een gevecht ste
gen de soldaten van den dromedaris af, en stelden zich op in slag
orde. Men had soldaten uit de infanterie gekozenzoodat dit korps
in een hoogeren graad dan onze dragonders een gemengd wapen was»
dat zoowel iets van de ruiterij als van het voetvolk had. Werkelijk
was het infanterie, in staat zich snel op groote afstanden verplaatsen
Met eene colonne, gezeten op dromedarissen, vervolgde en bereikte