627 met tranen in de oogen zeide hij tegen Gordon: //Waarom ben ik niet in het laatste gevecht gesneuveld Zich tot zijne soldaten wendende, sprak hij hen met eene van aan doening trillende stem aldus aan //Soldatenwij hebben den geheelen oorlog te zamen gemaakt; ik heb voor U mijn uiterste best gedaan, mijn gemoed is te vol om U nog langer te kunnen aanspreken." Het was hem onmogelijk verder te gaan en zoo spoedig mogelijk ging hij zijn tent binnen. Den volgenden morgen gaf het leger van Noord-Virginië, dat nog maar 7,800 active manschappen telde, zich over en de oorlog was geëindigd, toen ook Johnston, op bijna de zelfde voorwaarden als zijn opperbevelhebber, zich had overgegeven. Het gedrag der overwinnaars was boven allen lof verheven, zij deelden hunne dagelijksche voeding met de overwonnenen en hielpen hun zoo veel mogelijk in alles. Het oogenbiik, om van zijne soldaten afscheid te nemen, brak voor Lee aan. Hij sprak slechts een paar woorden, drukte allen, die om hem heen waren de hand, en reed snel weg op zijn trouwen vos '/de oude traveller", die hem nu, als gevangene op handslag, onder geleide van een detachement federalistische kavallerie naar Richmond bracht. Overal op zijnen weg ondervond hij de meeste blijken van sym pathie, en de reeds zoo verarmde inwoners gaven alles ten beste om hun zoo beminden generaal zoo goed mogelijk te ontvangen. Met droefheid vervuld reed hij Richmond binnen, waar sedert 4 jaren zijne vrouw en dochters woonden. Hij werd dadelijk herkend en alles liep uit om hem hulde te brengen, men omvatte zijne knieën, kuste zijne handen, zoodat hij moeite had te ontkomen om zijn eigen huis in te gaan, dat hij niet anders als des avonds verliet. Toen kon men zijn karakter bewonderen. Hoe mistroostig ook, sprak hij nooit met bitterheid over den vijandhij gaf het voorbeeld tot gematigdheid en Christelijke liefde. Eiken dag wekte hij zijne landlieden op tot stille berusting in hun lot en wanneer zij spraken van het land te willen verlatendan was hij het, die hen er op wees, dat zij hun vaderland niet kouden verlaten wanneer zij het liefhadden, dat het hun plicht was te blijven, ten einde te trachten de geslagen wonden te heelen. Hij zelf gaf het voorbeeldverwierp alle schoone betrekkingen, die men hem in het Noorden wilde opdragen, evenals de aanbiedingen van vele rijke bewonderaars in Engeland en Ierland. Zijn antwoord daarop luidde altijd//Ik ben er U allen zeer dankbaar

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 634