70 mededeelen dat er eergisteren 14 man, en kan ik heden zeggen dat er gisteren 10 man geworven werden, dan moet die gunstige uit slag toch eenigszins als van tijdelijken aard beschouwd worden en kan men zich niet met zekerheid, ook in de toekomst, daarop verlaten. //De uitslag van de werving staat natuurlijk in verband met de tijdsomstandigheden, met het loon, met het werk, enz. Men zou dus onvoorzichtig zijn om uit de uitkomsten van de twee laatste herfstmaanden, waarin de loonen in andere lauden vermindering on dergingen, consequentiën voor 't vervolg te trekken". De heer Stieltjes verkreeg thans het woord om//met al de kracht die in hem ishet amendement van den heer De Roo te onder steunen", hetgeen, zoo sprak hij, niemand zal verwonderen, //die weet, dat ik jaren lang gestreden heb voor het denkbeeld, hier te lande eene reserve gereed te hebbengereed om naar Indië gezonden te worden". //De Minister" zoo lezen wij //wil geene reservebrigade hier te landemaar zou er over denkener een in Indië op te rich ten. Door den heer Storm wordt gezegd, dat men die brigade hier niet zal kunnen tot stand brengenomdat zijdie in Indië dienen willen, dadelijk derwaarts verlangen te vertrekken. //Heeft men het ooit beproefd, hier eene reservebrigade op te rich ten? Neen; men heeft al het mogelijke gedaan om ze onmogelijk te maken." Wij moeten verklaren, deze laatste zinsnede niet te begrijpen. Het beginsel der oprichting eener brigade is in 1873 beslist, doch de minister Pransen Van de Putte, die van deze oprichting een groot voorstander was heeft er niet aan kunnen beginnen. Vroeger is wel eens in brochures en tijdschriften over iets dergelijks gespro ken, maar toen heeft men er steeds veel bezwaar in gezien. //Men zendt thans de menschen, hier te lande voor Indië in dienst genomen, derwaarts naarmate zij geworven zijn. Zij blijven na de werving niet langer dan een week of zes te Harderwijk. Dit is hoogst verkeerd. Men moest hen eerst een jaar lang hier oefenen» harden, beter voedsel geven dan velen te huis zijn gewend geweest, en hen zoo physiek sterker maken." Wij vragen, of men die oefening, harding, betere voeding enz. niet beter in Indië kan geven Oefeningvoor het Indische leger

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 77