90 Wij vragen, waarvoor dan het koloniaal werfdepot te Harderwijk dient, als het niet is om menschen op te nemen die als soldaat naar Indië willen? Waarlijk, qui prouve tropne prouve rien Gelukkig kon het amendement van den heer De Roo geen bijval Vinden bij de meerderheid der leden van de Kamer. Op voorstel van den heer Nierstrasz werd de Indische brigade wel weer op de be grooting vermeld, doch //voor memorie" uitgetrokken, zoodat er geen geld voor werd gegeven, hetgeen o. i., nu de Minister voldoende blij ken heeft gegeven met die //Nederlandsche brigade voor rekening van Indië" niet ingenomen te zijn, slechts in den vorm verschilt met het geheel weglaten van den post op de begrooting. Wij- kunnen hiermede ons overzicht sluiten. Laat ons wenschen, 'dat de Indische brigade nog zoolang in 't geheel niet of slechts als figurant op de begrooting zal verschijnen, tot dat in alle iverlcelijke en, dringende behoeften van het Indische leger voorzien is. 26 Januari1875. K. Naschrift. De voorgaande bladzijden waren reeds te perse, toen wij no. 71 ontvingen van het te Utrecht uitgegeven weekblad //Pro Patria" waarin mede de zaak der Indische brigade wordt besproken. In dat blad, dat zich, tusschen twee haakjes gezegd, kenmerkt door vele goed gedachte en goed geschreven artikelen, wordt o. a. het vol gende gezegd //Wat men (met de Indische brigade) als nevendoel op het oog had datzelfde korps ook te gebruiken voor den dienst in Nederland wan neer daaraan behoefte mocht bestaan, zal bij de verwezenlijking van 's ministers denkbeelden vervallen. Wij gelooven niet, dat men reden heeft, daarover te klagen. In oorlogszaken heeft men weinig aan die instellingen a double usagedie, met het oog op haar dubbel doel, meestal niet ten volle beantwoorden kunnen aan ieder van de beide bestemmingendie zij hebben. Dit zou hier 't geval ook zijn. Men zou natuurlijk rekenen op die Indische brigade voor de verdediging van ons land, maar daarlatende dat men ze daarvoor noodig zou kunnen hebben op 't zelfde oogenblikdat er ook in Indië behoefte aan bestondwat zou men hebben voor onze verdediging aan zoo-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 97