314 kolonel was, voor eene betere verhouding tegen over den resident en de Madoereescbe aristokratie. Die kolonel zou dan zoo wat zijn wat men in Nederland een regiments-kommandant noemt, met 4 ba- taillons infanterie onder zijne bevelen. Er zouden dan ook dépots of dépot-kompagniën dienen opgericht te worden. Bij de kompagniën zouden b. v. ingedeeld kunnen worden aan Du- ropeesch personeel 1 kapitein, 2 luitenants, 1 sergeant-majoor en 1 fourrier; en voor de instruktie en discipline b. v. per sektie: 1 In- landsch sergeant en 2 Inlandsche korporaalsMadoereezen van het Legerdie de manschappen der barisan het best verstaan, hunne be hoeften, goede en kwade eigenschappen doorgronden en den schakel moeten vormen tusschen het Europeesch en het Madoereesch element. Europeesch kader bij de sektien acht ik minder goed dan flinke, oudgediende Madoereesche sergeanten en korporaals van het Leger. De rest der officieren en van het kader zijn Madoereezen. De eersten zouden dunkt mij allen van adel moeten zijn, omdat het mij tijdens de tweede Atjehsche expeditie gebleken is, dat de barisan-soldaat onder-officier en officier, den man van geboorte veel meer ontziet dan den man van rang, onverschillig van welken rang eerstgenoemde is. Geene gepensioneerde kapiteins van het Leger meer als instructeur bij de barisan plaatsende ervaring in deze opgedaan was weinig bemoedigend. Geen ander wapen voortaan bij de barisan dan uitsluitend Infanterie, wil men degelijkheid in stede van tooneel-efl'ekt. Deze beschouwingen zijn gegeven met het doel om diskussie uit te lokken in eene zoo gewichtige aangelegenheiddie de kennis van eigen kracht in onze weermiddelen verhoogt. X. J)e afstandsmeter Le Boui.angé.Het vraagstuk der nauwkeu rige schatting van afstanden is in gewicht toegenomen met de jongste verbeteringen van de vuurwapenen van allerlei kaliber, en men heeft in de laatste jaren de oplossing van dit problema gezocht in de ver vaardiging van meer of min vernuftige telemeters, telometers of af standsmeters, die op eenvoudige triangulatie berusten. Daartoe behooren, onder andere, de telemeters Goulier, Paswitz en Gauthier, die in Zwitserland het onderwerp van de grondige studie eener Bonds-commissie zijn geweest in 1869. Deze instrumenten zijn als het ware afleidingen van de stadia en vereischengelijk deze,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1875 | | pagina 321